Aanmelden | Contact
Doorzoek de bronnen

Ridderkerk: ingekomen stukken 1889-1890-1891-1892-1893-1894-1895-1896-1897-1898-1899-1900-1901


Bron: Stadsarchief Rotterdam
Toegang: 1270
Inventarisnummer: 329 (1889), 330 (1890), 331 (1891), 332 (1892), 333 (1893), 334 (1894), 335 (1895), 336 (1896), 337 (1897), 338 (1898), 339 (1899), 440 (1900), 441 (1901)

* * * scans verkrijgbaar * * *

ingekomen stukken 1892

Ridderkerk: ingekomen stukken 1892

een selectie

- ('s-Gravenhage den 28/32 December 1891) Tabel model A betrekkelijk de statistiek van het lager onderwijs
Ridderkerk (Bolnes), aantal kinderen 15-1-1892: 280; vakken a-i, k en l;
Ridderkerk (Dorp), aantal kinderen 15-1-1892: 228; vakken a-i, k en l en g;
Ridderkerk (Rijsoord), aantal kinderen 15-1-1892: 94; vakken a-i, k en l;
Ridderkerk (Pruimendijk), aantal kinderen 15-1-1892: 68; vakken a-i, k en l;

Gemeente Ridderkerk Openbare School te Bolnes, op den 15 januari 1892 bedroeg het aantal kinderen als werkelijk schoolgaande bekend staande 280. H. Reitsma;
Gemeente Ridderkerk Openbare School op het Dorp, op den 15 januari 1892 bedroeg het aantal kinderen als werkelijk schoolgaande bekend staande 228. P.J. Emck;
Gemeente Ridderkerk Openbare School te Rijsoord, op den 15 januari 1892 bedroeg het aantal kinderen als werkelijk schoolgaande bekend staande 94 waaronder zijn begrepen 4 kinderen van buiten de gemeente. Het hoofd der School J.C. de Back;
Gemeente Ridderkerk Openbare School a/d Pruimendijk, op den 15 januari 1892 bedroeg het aantal kinderen als werkelijk schoolgaande bekend staande 68. Het hoofd der School J.H. Verkerk;

- (Ontv. 4 Januari 1892) Aan de Edel Achtbare Heeren Burgemeester en Wethouders der Gemeente Ridderkerk.
Bij deze heb ik de eer
UEd Achtbare Col(l)egie mede te
deelen, dat in 1891 aan het
telefoonkantoor alhier verzonden
zijn 1227; en ontvangen 1152
telegrammen; dus totaal behandeld 2379 berichten.
Aan seinkosten werd ontvangen eene som van f 558,20
Het verkeer aan dit kantoor nam dus in 1891 weder toe met 189 berichten; terwijl
aan seinkosten f 61,99 meer werd ontvangen dan het vorige Jaar.
Aan bestelgeld voor de 1152 aangekomen telegrammen
betaalde ik eene som van f 138,50 komt gemiddeld op f 0,12 per bericht.
Beleefd neem ik de vrijheid UEd Achtbaar Col(l)egie te verzoeken dat mij, even
als vorge Jaren, een gedeelte van dat bedrag zal worden gerestitueerd.
Hoogachtend heb ik de eer te zijn
J. de Zeeuw, kantoorhouder
Slikkerveer, 4 januari 1892.

Aan Heeren Burgemeester en Wethouders van Ridderkerk
De ondergeteekende W.G.P. Kruijff
plaatsvervangern kantoorhouder aan het Telefoonkantoor te Slikkerveer, zich
meenende te mogen refereren aan het adres van den
Kantoorhouder verzoekt insgelijks aan hem te willen verleenen
eene belooning voor bewezen dienst. Bij de
meerdere drukte aan het kantoor zijn ook zijne werkzaamheden
niet vermindert.
teekent zich met verschuldigde eerbied W.G.P. Kruijff

- (Bergen op Zoom, 5 Januari 1892)
Ik heb de eer UEdAb. beleefdelijk te verzoeken mij ten dienste der justitie eenige
inlichtingen te willen verschaffen ontrent het gedrag van Johannes de GAST, die als
knecht heeft gediend bij den molenaar S. Duisen te Oostendam.
De Commissaris van politie A.W. van Prooijen

- (Dordrecht, den 5 Januarij 1892) Ik heb de eer UEd. Achtb. beleefdelijk te verzoeken mij onder terug
zending van bijgaande stukken te willen berichten of de verklaring van Jacob LEENVAART
als zonder hij op den bewusten avond van 25 Dec jl beschonken zijn geweest, waarheid bevat.
In dit geval is het m.i. waarschijnlijk dat hij de jas medenam zonder eigenlijk te weten wat hij deed. De officier van Justitie, van Tienen;

- Namen der hoofd of bestuurders van fabrieken en werkplaats die met jeugdige personen of vrouwen in 1891 werkten:
1. Bakker en Zoon, caoutchouc fabrikanten, Dorp; 1;
2. Bakker en Co, machinefabrikanten, Dorp; 1;
3. Willem Smit en Co, electrische machinefabrikant, Slikkerveer; 6;
4. P. Smit Jr, Scheepsbouwmeester, Slikkerveer; 4;
5. J.H. van Cappellen, machinefabrikant, Bolnes; 6;
6. wed. C. Boele en Zonen, Scheepsbouw, Slikkerveer; 14;
7. M. van der Kuijl Scheepsbouwmeester, Slikkerveer; 13;
8. Gebrs. Pot Scheepsbouwmeester, Bolnes; 10;
9. Firma P. Boele Pz, Scheepsbouw, Slikkerveer; 18;
10. Gebroeders Bos, sigarenfabriekant, Dorp; -;
11. Firma Roos en Monhemius, sigarenfabriekant, Dorp; 7;
12. Gebroeders Lodder, machinefabriekant, Dorp; 2;
13. Johs. Smit, ...luizer (?) klinknagelfabriekant, Slikkerveer;
14. As. Bothof, scheepmaker, Slikkerveer;
15. C. van Nes, stoomvlasfabriekant, Rijsoord;
16. G.J. Nijman, kleedermaker, Eenigendijk;
17. A. van Gemerden Cz, schilder, Slikkerveer;
18. P. Bestebreurtje, timmerman, Straatweg;
19. A. van Gemerden, schoenmaker Dorp;
20. P. van Kooten, klompenmaker, Dorp;
21. P. de Jongh, smid, Bolnes;
22. wed. A. Maaskant, stoomvlasfabriek, Lagendijk;
23. G. Coert, broodbakker, Dorp;
24. M. van Kooten, klompenmaker, Pruimendijk;
25. A. Sonneveldt, schoenmaker, Dorp;
26. Abr. Schippers, timmerman, Dorp;
27. wed. G. Bulsing, timmermansaffaire, Dorp;
28. F.P. van Rij, broodbakker, Slikkerveer;
29. J. van Rij, timmerman, Bolnes;
30. wed. M. Poirot, broodbakkerin, Rijsoord;
31. C.L. Simons, broodbakker, Dorp;
32. W. Klok, broodbakker, Molendijk;
33. D. de Jongh, smid, Bolnes;
34. J. Legerstee, klompenmaker, Rijsoord; 1 jongen 13/14 jaar;

- De Officier van Justitie te Dordrecht bericht bij deze aan den heer Burgemeester van Ridderkerk
dat 1. Cornelis Stolk, arbeider, oud 48 jaren en dienstvrouw
2. Lena van der Stel, van beroep - oud 48 jaren te Bolnes
bij vonnis dezer Rechtbank d.d. 18 December 1891 ter zake van mishandeling zijn veroordeeld ieder tot eene geldboete van f 5 subsidie twee dagen hechtenis.
Dordrecht, 16 Januari 1892

- (Gorinchem 5 Februari 1892) Aan den heer Burgemeester te Bolnes.
Ik heb de eer UEd. Achtb. beleefdelijk te verzoeken mij met eenigen spoed te willen doen kenbaar maken, hoe in Uwe gemeente bekend staan de echtelieden Frederik Alexander van Ettinger en diens vrouw Cornelia Bekker. Ik moet zulks weten den dienste der Justitie.

- (DORDRECHT den 6 Febr. 1892) Aan den heer Burgemeester te Ridderkerk.
Ik heb de eer UEd. Achtb. beleefdelijk te verzoeken mij onder terugzending van bijgaande stukken te willen berichten of er bewijs te verkrijgen is voor het feit dat Jan van der LINDEN het vergif buiten zijn erf heeft gestrooid met het doel de kippen van anderen te dooden in welk geval ik tot vervolging kan overgaan.
Blijkt het dat hij het vergif slechts op zijn eigen erf had gelegen dan zie ik daarin geen strafbaar feit.
De officier van Justitie.

- (Ontv. 11 februari 1892) Ridderkerk Februari 1892.
Wel Edel Heeren
De ondergeteekende verzoek bij deze Terug komende op het Raadsbesluit van 17 December 1887
waar aan kij is verleend Een hoekje grond op de weide tot zette van een schuurtje Lang 6 meter
Breed 2.75 M tot bergplaats van de Lijkkoets De vergoeding daarvoor is u bekend. Daar dit de geschikte plaats
voor de Lijkkoets is voor al in de Zomer bij ontbindende of besmettelijke lijken Soms 4 a 5 dagen buiten staande voor
de zware reuk en daar niemand tot schade. Zoo kom met dezer het verzoek tot U Om dit schuurtje met 3 Meter
te verlenge of met 1.75 M te verbreede tot bergplaats voor een Kinder-Lijkkoets. Door mij is naar andere bergplaats
gevraagd maar bij Mazelen en Roodvonk wordt het mij geweigerd. Indien door u bekende vergoeding niet
genoeg is wil de ondergeteekende het voor zoo lang het de Raad goed vindt er Erfpacht van betalen tegen 8 a 10 cent per Meter
Mog er op deze een goede beschikking voor mij door de Raad er op volgen, dan zal de verlenging wezen voor het schuurtje
en de verbreeding voor mij bij in en uit Rijden veel gemal naast de tans liggende vuilnis hoop.
Tot inlichting voor u is de plaats door mij gemeten voor de vuilnis en is nu Lang 21 Meter Breed 6.60
In afwachting
W. van Gent, Bedienaar van Begravenisse

- Veeartsenijkundig Staatstoezicht voor de provincie Zeeland en Zuid-Holland ten Zuiden Maas/Lek
DORDRECHT, 24 Maart 1892
Onderwerp Mond en klauwzeer bij A. Molendijk Oostendam
met deze heb ik de eer UEd te berichten, dat uit mijn onderzoek is gebleken, dat het Rund van den vlees en veehouder A. MOLENDIJK, Oostendam gemeente Ridderkerk, niet lijdende is aan Mondzeer.
de districtveearts Th.G. van Rijssel.

- (Ontv. 25 Maart 1892) Aan den Edelachtb. Raad der Gemeente Ridderkerk.
Geven met verschuldigde eerbied te kennen ondergeteekenden, leden des Bestuurs van de Afdeeling "Overmaassche Dorpen", Vereniging "Volksonderwijs', erkend bij Kon. Besl. van 5 Mei 1880, 30 juli 1889 en 1 Nov. 1890:
dat in de laatst gehouden Vergadering van genoemde Afdeling besproken werden het Schoolverzuim en het te vroeg verlaten van de school door de leerlingen;
dat na de bespreking in de Vergadering met algemeene stemmen besloten werd tot het zenden van een adres aan de Gemeenteraden der omliggende gemeenten;
dat de ongunstige resultaten van het Lager Onderwijs voor een groot deel moeten toegeschreven worden aan het schoolverzuim en het te vroeg verlaten van de school;
dat de leerlingen, die zich aan schoolverzuim niet sculdig maken, en toch de nadeelige gevolgen van ondervinden omdat zij in hun vorderingen voortdurend belemmerd worden door hen, die niet hebben bijgewoond, hetgeen in vorige schooltijden onderwezen werd, waardoor de onderwijzer steeds in anders onnodige verklaringen moet treden;
dat de invoering van een wet, regelende den Leerplicht, zeer zeker door de vele voorbereidende maatregelen nog langer tijd op zich zal doen wachten;
redenen waarom adressanten zich tot U wenden met het eerbiedig verzoek gebruik te maken van art. 82 alinea 1 der Wet tot regeling van het Lag. Ond. van 8 Dec. 1889, Staatsblad 175.
Zwijndrecht, 24 Maart '92.
Het bestuur der Afdeeling "Overmaassche Dorpen", Vereniging "Volksonderwijs"
de Wijn, voorzitter
J.W. van Owerkom, Secretaris


- Aan den raad der gemeente Ridderkerk
Rijsoord, 30 Maart 1892
Weledelachtbare Heeren,
Bij dezen neem ik de vrijheid, U tegen 1 Mei a.s. ontslag te vragen als onderwijzeres in de nuttige handwerken aan de Openbare School aan den Pruimendijk wegens vertrek naar elders.
Met verschuldigde hoogachting
Weledelachtbare Heeren
Uwe dienstw. dienares
M.G. Nugteren

- ('s-Gravenhage den 8 April 1892)
Onderwerpe: ordonnantien
Ik heb de eer U hiernevens te doen toekomen drie ordonnantien hieronder vermeld
met verzoek die aan de belanghebbende uit te reiken en den ontvang daarvan per omgaande te berichten.
De Commissaris der Koningin in de provincie Zuid-Holland.
37800 J. Legerstee f 6,50 schoonmaakloon
37801 C. Karsseboom f 5,60 leverantie
37802 J.C. de Back f 12,10 verschotten

- Ridderkerk, 26 April 1892
Weledelachtbare Heeren !
Bij dezen neem ik de vrijheid U ontslag te vragen als onderwijzer aan
de Openbare school aan den Pruimendijk tegen den 6den Mei, daar ik op
dien dag mijn militieplicht moet vervullen.
Met verschuldigde hoogachting
Weldelachtbare Heeren
Uw dienstw. dienaar
C.F. Köhler.

- (140 Otv. 3 Mei 1892) Rijsoord, 2 Mei 1802.
Wel Edel Achtbare Heeren
den Heere L. Kruiff Lzn burgemeester te Ridderkerk
Wel Edel Achtbare Heer
Met deze de mededeeling dat het kerkbestuur der Ned. Herv. Kerk alhier heeft besloten den
gewonen tijd (Amsterdamsche tijd) te behouden.
Gelieve in de eerstvolgende raadszitting dit ter kennis te brengen.
Mede namens het kerkbesuur der Ned. Herv. Kerk te Rijsoord
U Ed. dw dn.
P. Kranenburg, administratief kerkvoogd

- (Extra parlementair behandeld)(144 Ontv. 5 mei 1892) Ridderkerk, Mei 1892.
Aan den Edel Achtb. Raad der gemeente Ridderkerk.
De ondergeteekende Kooplieden, Particulieren, Fabriekanten en Landbouwers vragen beleefd maar dringend aan het wederom invoeren van de Amsterdamschen tijd
't welk doende
A.H. de Klerck, predikant
P.J. Emck, HdS
W.J. van Prooijen, H.d.S
T. Taselaar
N. Stranders
A. Coert
A. Hartkoorn
Th. Rijsdijk
A. Verstegen
G. Plaisier
S. v.d. Waal
P. .. Bos
L. Velthuizen; G. Bulsing, Milde(?), Rijksontvanger;
A. Kasteelen, A. Velthuizen, C.L. Simons, C. Labrijn;
H.W. Coert; wed. W.G. Nugteren; A.H. v.d. Steenhoven; Dr. C.S. Bos;
A. van t Zelfde; C. de Bruin; J. van Zijthoff; Roos Monhemius;
N. Blom; mr. E. van Popta; Bakker & Zoon; Bakker & Co; Jn v.d. Kulk Mz;
A. Lagendijk Tz; Wr. Bachman Sz; A. de Heer; G. Boer Az; H. Kranendonk;
Am. van 't Zelfde; W.J. Lok(?); G.J. Nijman Jz; G. Aardoom;
Gebr. Lodder, L. van Schagen, Ak Schippers, P. v. Kooten, W. v.d. Kulk;
R. Roos jr; L.H. Romeijn, W. v.d. Stelt; C. Groenenboom; B. Zwart;
A. van Bommel, J. Groenenboom; G. v.d. Kulk, Pieter de Ruiter Pz,; G. de Ruiter;
S. Zwart; J. Elzerman, A. v.d. Stelt, TH Hooijmeijer, Joh. van der Poel;
Aart Lodder, A. v. Gemerden, G. Nijman Pz, G. Slooff, L. v.d. Sijde;
A. Sonneveldt, H.C. Kranendonk, G.A. Hoek, A.H. v.d. Hage, D. Maaskant;
Wm. van t Zelfde, J. van Gemerden, Wed. P. den Hoed, Mr. van Ittersum, Js. Kranendonk;
A. van Nes, W. Plaisier, Joh. van der Hoek, J.A. van der Hoek, C.H. Alberts;
J. Krouwel, J. Plaisier Az, At. v.d. Waal, Cs. v.d. Waal, J. van Noppen, G. Flach;
J. Roos, A. v.d. Laa..(?), A.G. de Kroes, G. Stehouwer, J. v.d. Steen, W. Aardoom;
Leendert den Hoed, H. Baas, A. Bernard, M. Ooms, Wedu C. v.d Griend, Wedu A. Lagendijk;
A. v.d. Gijp, Pieter Bulsing, L. v.d. Grient, M. van der Kulk, Wed.e C. Bulsing;
P.M. Roos, Gt.zn(?) Flach, W. Ooms Gz, J. van der Veeke, H. Nijman;

- (168)(Ontv. 21 Mei 1892) 21 Mei 1892
Aan Heeren Burgemeester en Wethouders van alle Gemeenten in NEDERLAND
Toen met 1 Mei de Greenwich- of West-Europeesche tijd voor den spoorwegdienst en in verband daarmede bij
het post-en telegraafwezen werd ingevoerd, heeft de Regeering, ten einde het bezwaar eene dubbele
tijdrekening te voorkomen, aan de Gemeentebestuuren in overweging gegeven, om ook den
burgerlijken tijd met den spoorwegtijd in overeenstemming te brengen.
verreweg de meeste en daaronder de de vier grootste Gemeenten van ons vaderland hebben gemeend, aan dien
aandrang niet te mogen voldoen, maar den Amsterdamschen tijd, die tot nu toe, op enkele ...

- (169)(Ontv. 22 Mei 1892) Groningen, Mei 1892
Aan den Heer Burgemeester der gemeente Ridderkerk
Edelachtbare Heer !
het zij mij vergund een beroep op uwe bekende welwillendheid te doen.
Wijlen mijn vader, de Heer W.A. SCHOLTEN, heeft bij testament bepaald,
dat van zijne uit te geven levensbeschrijving een exemplaar GRATIS zal worden gezonden
aan ieder Volksbibliotheek, aan iedere afdeeling der maatschappij tot Nut van
't Algemeen, aan iedere Werkliedenvereeniging en aan iedere publieke leesinrichting in Nederland.
ten einde deze bepaling zoo spoedig mogelijk met de meest mogelijke nauwgezetheid
te kunnen uitvoeren, weet ik niet beter te doen dan U beleefd te verzoeken,
wel te willen laten nagaan,w elke van de genoemde instellingen in uwe gemeente aanwezig
zijn en mij dit te laten mededeelen, onder opgave van de namen der personen,
aan wie de exemplaren kunnen gezonden worden.
.... J.E. Scholten;

* departement "Overmaassche Dorpen" der Maatschappij Tot Nut van t Algemeen secretaris L. Kruijff Jr alhier;
* Leesinrichting G. Bulsing Gz alhier
* Werklieden Vereniging "Elkander Hulp" voorzitter Arie Flach alhier
* Afdeling Patrimonium te Rijsoord voorz. M. de Zeeuw Gz aldaar
* Afdeling Patrimonium te Slikkerveer voorz. Arie de heer aldaar
* verder is aan elk der 4 openbare en den 3 bijzondere scholen gevestigd een bibliotheek adres de Hoofden der Scholen
* Bibliotheek der Chr. J.V. Obadja, voorz. J. de Jong Jz.


- (196)(Ontv. 14 Juni 1892) Aan den Raad er Gemeente Ridderkerk
Mijne Heeren !
De Ondergeteekenden allen Ingezetenen der Gemeente Ridderkerk, uitoefenende het bedrijf
van Broodbakker, nemen de vrijheid zich tot Uwen Raad te wenden met het navolgende:
dat zij hebben kennis genomen van het aan hen toegezonden Uittreksel uit de Verordening
van Politie enz behelzende bepalingen betreffende de keur van gewicht en hoedanigheid
van tarwe-en roggebrood;
dat zij met niet geringe verbazing de vernieuwde uitvaardiging van deze zoo goed als
versleten en vergeren verordening hebben veromen;
dat deze bepalingen in den loop des tijds als van zelve tot eene doode letter zijn geworden, wijl
zij mischien hebben gepast in vroegere toestanden doch met de tegenwoordige ten eenenmale in strijd zijn;
dat tegenwoordig op gebied van handel, nijverheid en ebdrijf het beginsel van vrijheid en onbeperkt concurrentie overheerschende is;
welk feit adressanten alleen consateeren, zonder daarom genoemd beginsel als het eenig ware te verdedigen dat, zoo uwen Raad dit beginsel huldigt, het niet ten opzichte van de broodbakkers - en
van hen alleen - mag worden verkracht; terwijl indien aan het tegenovergestelde beginsel de voorkeur
wordt gegeven, men dan ook den moed hebbe het toe te passen voor alle neringdoenden in
voedingsmiddelen, wijl het alsdan niet aangaat melk, kruidenierswaren, grutterswaren,
draken etc zonder eenige keur te laten, en de gezondheid der burgers, opzichtens deze en meer
andere victualiën, er aan te wagen, doch daarentegen het vrood wel aan zulk een keur,
in het belang der gezondheid, te onderwerpen;
dat, in dien het publiek tegen bedrog als anderszins ten opzichte van andere voedingsartikelen
zich zelven moet waarborgen, het hoogst onbillijk moet worden geacht dat
Uwen Raad alleen ten opzichte van het brood de behulpzame hand biedt;
dat de bepaling die voroschrijft "gerezen brood", op eigenaardige wijze de onbevoegdheid van uwen Raad bewijst om deze materie
te regelen, wijl het onder deskundigen van algemeene bekendheid is dat ten opzichte van
het rijzen den broodbakker soms teleurstellingen overkomen, waartegenover hij volkomen
machteloos staat; zoo iets strafbaar te stellen is derhalve, naar het oordeel van adressanten
het toppunt van ongerijmdheid;
dat zijdelingsch uwen Raad, zonder dit natuurlijk te bedoelen, aan de verkoopers van melk
en andere voedingsmiddelen eene verklaring van vertrouwen geeft, door alleen de broodbakkers, als een soort
van gevaarlijke lieden, onder toezicht der politie te stellen;
dat tegenover hunne concurrentie uw andere Gemeenten, adressanten in eene zeer moeielijke positie
komen, wijl nu reeds schijnt dat de keur op het brood van elders ingevoerd, eene doode letter is, zoodat zij,
die uit andere Gemeenten komen, wetende dat ondergetekenden aan wicht en kwaliteit gebonden zijn,
hun ten opzichte van den prijs eene schier doodende concurrentie kunnen aandoen;
dat zij door dezen maatregel in niet geringe mate worden gecompromitteerde, wijl uwen Raad
het blijkbaar niet noodig oordeelde de nog altijd van kracht zijnde Zondagswet door sluiting der herbergen
gedurende de Godsdienstoefeningen op Zondag te handhaven tegenover de houders en bezoekers dier
inrichtingen, maar wel den moed heeft de broodbakkers aan zeer belemmerde en, naar het oordeel van
adressanten, tevens zeer krenkende bepalingen te onderwerpen;
dat, naar de meening van ondergeteekenden, deze Verordening, zooals ze daar ligt noch uit een
liberaal, noch uit een anti-recolutiannair oogpunt te verdedigen valt, maar thuis hoort in het kader
der conservatieve oud-gasten;
dat het in een tijd van gisting en woeling niet geraden schijnt, maar daarentegen zeer gevaarlijk
moet worden geacht, enkele Ingezetenen die tot den burgerstad behooren, zij het onwilleeurig,
tot een mikpunt te maken van het groote publiek, als van lieden wien de vrijheid, hun bij
de Grondwet en andere wetten verleend en gewaarborgd, niet toekomt;
redenen, waarom adressanten bescheidenlijk maar tegelijk dringend uwen Raad
verzoeken, bedoelde Verordening of uit te breiden tot alle neringdoenden in voedingsartikelen,
of, zoo dit min verkieselijk mocht worden geacht, haar in te trekken, op dat
ook ondergeteekenden weer in gelijke rechten treden met de andere burgers dezer Gemeente.
't Welk doende enz C. Goud Az
Ridderkerk 1892
C.L. Simons, Gt. Court, Wed. A.G. Nugteren
J. Huijser, E. van der Blom, P. v. de Starre
J.P v.d. Hoogt, Wed. G.D. Drinkwaard, F.P. van Rij, L.W. Bachman
W. Klok, P. de Ruiter, A. Elzerman, H. v. Gemerden, D. Bram, Anthonie Visser
H. van der Linden, A. v. Ballegooijen, Wed. M.J. Poirot
D. de Jong Bz.

- (214)(Ontv. 25 junii 1892) Commissariaat van Politie Dordrecht
DORDRECHT, den 24 Juni 1892.
In den avond van den 13 dezer ten gelegenheid van de kermis alhier, is van een persoon
te DUBBELDAM woonachtig op de openbare straat, zijn horloge, met geweld ontrukt aan een
inwonend dezer gemeente, diens horloge op behendige wijze ontstolen.
Hiervan wordt verdacht een dusverre onbekend gebleven persoon, wiens signalement wordt
beschreven als volgt: oud 20 a 25 jaren, lengte tamelijk en vrij gezet
aangezicht rond en blozend, knap uiterlijk, blond haar, zonder baard of Knevel,
..aak Boersch, gekleed als boerenarbeider, met blauwe kiel Engelsch lederen broek, zwarte pet
met rechte klep, en schoenen, terwijl het eerstbedoelde ontvreemd horloge
is, een zilveren cijlinder met seconde wijzer, romeinsche cijfers en enkele koord voorzien
van het nummer 14877 en het tweede een zilveren remontoir met defect glas, gemerkt in de kast
met het nummer 27833, waaraan was bevestigd een zwart koordje, met
gouden schuifje waarop de letters G.B. gegraveerd.
Uit het ingestelde onderzoek is gebleken dat de verdachte zich voor het plegen der beide
diefstallen in eenen tapperij heeft uitgelaten te RIJSOORD woonachtig en zeer goed met zekere
Schouten mede aldaar wonende, bekend te zijn, zoodat de mogelijkheid
niet is uitgesloten, dat hij zich onnadenkend verraden heeft en derhalve in uwe gemeente kan
worden gevonden.
Onder mededeeling van het vorenstaande heb ik de eer
UEd A: beleefd uit te noodigen, eene recherche naar de ontvreemde
horloges ten Uwen te willen bevelen en naar den verdachte een
onderzoek te dien instellen.
Voor bericht over den uitslag houd ik mij aanbevolen.
De Commissaris van Politie, Ulrich.

- ('s-Gravenhage 21/25 Juni 1892) Rijksbijdragen in de jaarwedden der onderwijzers
Ten einde door ons hunne worden voldaan aan de bepaling
van het eerste lid van art. 4 van het Koninklijk besluit van 13 September 1890 (Staatsblad no. 154)
ter uitvoering van art. 45 deer wet tot regeling van het lager onderwijs, laatstelijk ...;

Gemeente Ridderkerk dienstjaar 1891; Opgaaf ingevolge de missive van Gedeputeerde Staten der provincie Zuid-Holland van den 21/25 Juni 1892 B. 1748 (3e afd.) G.S. no. 26.
Ridderkerk (Dorp) f 661,55, Petrus Johannes Emck 42 jaar, Arie Adrianus Antonie van Bommel 31 jaar, Marius Veldhoen 22 jaar, Gerardus den Hoed 28 jaar, Mattheus de Kool 29 jaar, Aart Nugteren 27 jaar;
Ridderkerk (Rijsoord) f 276,105 Jannis Cornelis de Back 48 jaar, Adrianus Reinen van Nes 23 jaar, Willem Hendrik Lenselink 28 jaar;
Ridderkerk (Pruimendijk) f 161,90 Jan Huibert Verkerk 31 jaar, Anthonie Adriaan Cornelis Lubberton 26 jaar (van 1 januari-12 februari), Aart Nugteren 27 jaar (van 1 januari-1 April), Carl Friedrich Köhler 19 jaar (van 1 April-31 december);
Ridderkerk (Bolnes) f 920,275 Haaije Feitsma 61 jaar, Wouter Adriaan Kalkman 26 jaar, Kornelis de Labije 26 jaar, Johan Hendrik Lasonder 22 jaar (van 1 januari-15 november), Arie Pieter Grisnigt 26 jaar (van 1 januari-6 december), Hendrik Izaak Okker 24 jaar (van 1 augustus-31 december), Arie Jongste 19 jaar (van 7 december-31 december), Mink Venstra 18 jaar (van 7 december-31 december), Maria Willemina van Nes 20 jaar (van 1 januari-15 Mei), Dirk de Jongh 19 jaar (van 1 juni -31 juli);

- (224)(Ontv. 7 juli 1892) Heerjansdam, den 6 Juli 1892.
In antwoord op uwe missive van den 1 Juli jl. diene het volgende:
Cornelis VLASBLOM, vrachtrijder, wonende binnen den gemeente bracht op 25 Juni 1892 een
passagier met een kist als passagiersgoed naar de aanlegplaats der booten te Slikkerveer onder uw gemeente.
Nabij het veer gekomen, bond hij zijn paard, gespannen voor een karos, vast aan een ijzer hek, zoo hij meent
voor de werf van de Heer BOELE, welk vastzetten, hem bedachtzaam man als hij is, wel is toevertrouwd.
Daarop brengt hij met den passagier de kist naar de aanlegplaats en beiden zijn nauwelijks eenige passen
gevorderd of er wordt geroepen, "je paard is op den hol"
Hij snelt zijn paard en voertuig achterna bereikt na een half uur beiden, daar andere lieden het paard
hadden opgevangen en vond de karos erg beschadigd aan het achtergedeelte en onbruikbaar in een sloot.
Naar zijne meening heeft een kwaadwillige hand het paard losgemaakt, van losrukken is geen sprake
het dier was daarvoor te mak, de halster was onbeschadigd en hing met het losse einde om den hals
van het paard, alsof die er omgehangen was.
De schade, aan zijn karos toegebracht zal plusminus bedragen f 25 terwijl het nog te bezien is of het
paard, voorheen een zeer mak en bruikbaar dier, tengevolge dier
holpartij niet voor goed is bedorven en onvertrouwbaar gemaakt.
In dien toestand is hij niet genegen eenige schadevergoeding aan Uwe gemeente te verstrekken
voor den verbroken lantaarnaal.
Zoo eenige onachtzaamheid zijnerzijds de oorzaak was geweest van het ongeluk, zoude hij zich bereidwillig
toonen tot vergoeding der toegebrachte schade en zich moeten onderwerpen aan de gevolgen.
Gaarne zoude hij een onderzoek zien ingesteld naar den vermoedelijken dader, omdat hetgeen met zijn paard is
gebeurd, ook aan anderen kan overkomen.
De Burgemeester van Heerjansdam, M. de Haan LB

Heerjansdam, den 18 Juli 1892
Naar aanleiding uwer missive in dato 11 Juli jl. heb ik de eer UEd. Achtb.
te berichten dat Cornelis Vlasblom vrachtrijder, wonende binnen deze gemeente
zich ten uwent zal vervoegen, teneinde met U Ed Achtb. mondeling te spreken.
De Burgemeester van Heerjansdam, P. van Outeren

Ridderkerk, den1 1 Juli 1892.
In antwoord op UEd. schrijven van 6 dezer betreffende de Schade aan de lantaarnpaal te Slikkerveer
door CORNELIS VLASBLOM moet ik opmerken, dat wanneer Vlasblom zijn paard bij de werf van den heer Boel
heeft vastgezet, het paard hem Vlasblom achter aan had moeten komen, toen hij naar de aanlegplaats der stoom
booten ging en het had moeten kunnen grijpen.
wanneer het waar was, dat hij naauwelijks eenige passen van zijn paard verwijderd was opweg naar
de aanlegplaats der Stoomboot, Vlasblom alsdan zeker menschen bij het paard of in de onmiddelijke
nabijheid had moeten zien.
dat Vlasblom, een half uur na dat het paard op hol is gegaan, weder in handen heeft gekregen, wordt
door mijn veldwachter de Waard te Bolnes ten zeerste tegen gesproken aangezien het paard naar 't Dorp is
geloopen en toen de herbergier van den Steenhoven met dat paard naar Bolnes is gereden en heeft daar
ongeveer 20 minuten vertoefd en is toen weer naar het Dorp gereden. Dit uit alles kan onmogelijk in een
half uur geschied zijn. Ook heeft genoemde veldwachter de Waard zelf het holster nog over de hals gehangen.
Bij art. 19 van het Prov. Regt. op de wegen en voetpaden wordt onder voldoende toezicht stellen
of behoorlijk vastzetten verstaan, dat het paard zonder hulp niet los kan geraken, het verschuiven
of verbreden van een .....;

- (232)(Ontv. 11 juli 1892) Rijsoord, den 9 Juli 1892
Edelachtbare Heeren !
Ter vervulling der vacature van Onderwijzer aan de openbare school te Rijsoord, ontstaan door het overlijden van den
heer A.R. van Nes, hebben zich de volgende sollicitanten aangemeld
1. J.L. Huijzer, Onderwijzer te Oostzaan
2. T. Kaptein, id te Benthuizen
3. S. van Gelder, id te Enkhuizen
4. M. Salomon, id te Vreeswijk
Naar aanleiding van Art. 28 der Wet op 't L. Ond. heb ik de eer U het volgende te berichten
De twee eerstgenoemde sollicitanten heb ik na daartoe door U gemachtigd
te zijn, uitgenoodigd om eene proefles te komen geven
Beiden hebben aan die oproeping voldaan.
huijzer voldeed mij zeer goed zoowel in zijne behandeling der leerstof als in
zijn leertoon. Van drie mij persoonlijk bekende en vertrouwbare onderwijzers heb ik gunstige
getuigenissen omtrent hem ontvangen Naar mijn inzien verdient hij als No. 1 op de voordracht
geplaatst te worden en in het belang mijner school meen ik hem bij U ter
benoeming te moeten aanbevelen.
Kaptein voldeed mij minder Zijn uiterlijk maakte op mij een weinig gunstigen indruk,
Zijn vaardigheid in het behandelen der leerstof en zijn leertoon kunnen mij matig voor;
bovendien was hij niet in staat onderwijs in het Zingen te geven. Wel ontving ik gunstige berichten omtrent hem van zijn patroon maar deze is mij persoonlijk onbekend.
Van Gelder en Salomon acht ik volgens de inlichtingen die mij omtrent
hen verstrekt werden, geheel ongeschikt voor mijne school.
met de meeste hoogachting heb ik de eer te zijn
Uw dienstw. dienaar J.C. DE BACK, Hoofd der openb. School te Rijsoord

- (242)(Ontv. 19 juli 1892) ('s-Gravenahge den 18n Juli 1892)
Naar aanleiding van art. 36 der wet van den 21sten December 1861 (Staatsblad no. 129) en van het eerste lid van art. 47 van het Koninklijk
besluit van den 4den September 1862 (Staatsblad no. 174), heb ik de eer u, namens Zijne Excellentie den Vice-President van den Raad van State, op te roepen om in zake van
het beroep van Dr. J. Coert, ambachtsheer van Rijsoort, wonende te 's-Gravenhage
van een besluit van Gedep. Staten van Zuid-Holland dd 26 April jl. no. 63,
betreffende den legger der wegen en voetpaden in de gemeente Ridderkerk
voor zooveel betreft de aanwijzing van den onderhoudsplicht van het daarop
voorkomende Schalksche-Dijkje,
nadere memoriën de bewijsstuken, die door u tot staving uwer bezwaren of
beweringen noodig worden geacht, voor den 1e August a.s. in te zenden aan den Raad van State te 's-Gravenhage.
Nevensgaand bewijs van ontvangst dezer oproeping wordt per omgaarden post, ingevuld en onderteekend, terug verwacht.
Zijn er geene nadere memoriën of bewijsstukken in te zenden, dan wordt
daarvan kennisgeving verzocht, ter bespoediging der afdoening van het geschil.
Ter herinnering diende: ...

- (243)(Ontv. 20 Juli 1892) Ridderkerk, 19 Juli 1892.
Edel Achtbare Heeren
Tot het vervullen van de betrekking als onderwijzer aan de openbare School aan
den Pruimendijk meen ik U te mogen aanbevelen de Heeren
D. Querner te Scheveningen
J.C. de Wit te Oud-Alblas
S. van Gelder te Enkhuizen

Ontrent alle drie heb ik aanbevelende berichten ontvangen. De eerste heeft hier boven
dien eene proefles gegeven die ik voldoende vond en uit de stukken blijkt tevens, dat de
heer Querner de meeste bevoegdheden bezit van de drie, waarom ik dien heer dan ook in de
eerste plaats moet aanbevelen.
Met verschuldigde hoogachting,
Uw dw. dn. J.H. Verkerk
Aan Burgemeester en Wethouders der gemeente Ridderkerk

(258)(Ontv. 5 Aug. 1892) Aan den Edelachtbare Heer Burgemeester der Gemeente Ridderkerk
Maandag j.l. ontving Uw bericht van mijne benoeming tot onderwijzer
aan de school te Pruimendijk in uwe Gemeente. Ik was echter ook iederen dag mijne benoeming te Graft
wachtende Daar deze nu zeker is en door mij wordt verkozen, neem ik de vrijheid,
bij dezen, U.E.A. te bedanken voor het in mij gestelde vertrouwen hopende, dat
U het mij niet euvel zal duiden, dat ik de mij aangeboden betrekking van onderwijzer
in uwe gemeente niet kan aanvaarden
Met de meeste hoogachting heb ik de eer te blijven van U.E.A.
de dienstv. dienaar D. Guerner Jr.
Beemster 4 Aug. 92

- (268)(Ontv. 19 Aug. 1892) Aan den Gemeente Raad van Ridderkerk
Geven met verschuldigden eerbied te kennen te ondergeteekenden allen inwoners van Slikkerveer en belasting betalende
burgers der Gemeente Ridderkerk
dat de sloot loopende langs den dijk binnendijks te Slikkerveer
en voor bij de vele burger-en arbeidershuizen met vaak talrijke gezinnen
in die zoo zeer bevolkte buurt, in een zeer vervuilden toestand verkeert.
dat toch die sloot tengevolge van de daarin opgehoopte modder,
bagger, en andere vuile zelfstandigheden op de eene plaats bijna
droog ligt, en op de andere nog geen voet water houdt.
dat dat water bovendien nog niet den naam van water verdient
omdat het niets anders is dan eene zwarte, stinkende, troebele brei
dat uit den aard dezer zaken, uit deze zoogenaamde sloot, dagelijks
opstijgen, verpestende dampen, te erger naar mate de temperatuur
van het weder warmer is;
dat het geen betoog behoeft, dat die dampen en uitwasemingen,
de lucht rondom genoemde huizen waarbij nog wel eene bewaarschool
is met tal van kleine kinderen, bezwagert met voor de
gezondheid hoogst nadeelige bacillen, microben en andere schadelijke zaken.
dat dit te meer klemt nu het vocht dier sloot door vele der
belendende huisgezinnen nog als water wordt gebruikt voor
straat schrobben en dergelijke, waardoor de daarin aanwezige
voor de gezondheid schadelijke zelfstandigheden, in directe
aanraking komen met de ademhalings-organen van Slikkerveers burgerij.
dat requestranten dan ook met zorg de toekomst te gemoet
zien, nu de zoo gevreesde colera van twee zijden onze
grenzen schijnt te naderen.
dat zij als leeken niet willen beweren dat dit van die
sloot komt, maar dat hier als een feit wordt medegedeeld
dat vele kinderen te Slikkerveer aan ingewandsziekte
in hevig hoesten, met belemmering der ademhalingswerktuigen-lijden
dat volgens een der verslager van uwen Raad, nu wel
eene hevel te Slikkerveer in aantocht is, maar
dat het daardoor in te laten water den ellendigen
toestand niet kan verhelpen omdat dit door die zoo zeer
verondiepte sloot zich onmogelijk eenen voldoenden doortocht
banen kan.
dat het dan ook hoog noodig is dat die sloot zoo spoedig
mogelijk worde uitgediept en schoongemaakt, voor dat
de hevel komt, en tevens dat voortaan streng toezicht
worde uitgeoefend op het werpen van vuil en afval in dien
sloot.
Redenen waarom requestranten uwen Raad
beleefd maar dringend verzoeken om zoo spoedig mogelijk
in dien onhoudbaren toestand op afdoende wijze te willem voorzien.
Slikkerveer 4 Augustus 1892.
W. Gravestein, J. de Zeeuw;
J. v. Drimmelen, Wed. B. Slikkerveer;
p.o. Arie Smit, R. Pot;
C. Bakker, K. van Duijvendijk, M. Mak;
Wm. Slooff, H.J. van Rietschoten, J. Huijser;
G. Roos, C. Slikkerveer, J. Klingeman, As. Bothof;
P. Boele, B. Pot, p.o. M.P. Boele Pz, T. de Joode;
A. van Gemerden Cz, J. van der Kulk, D. Taktor, Adriaan Pot;


- (274)(Ontv. 24 Augustus 1892) DORDRECHT, den 23e Augustus 1892
Ik heb de eer uEd. Achtbare beleefd te verzoeken Marius OPMEER, nachtwaker en
onbezoldigd rijksveldwachter te Rijsoord in uwe gemeente
op Donderdag den 25
Augustus e.k. des voormiddags tusschen 10 en 12 uur, aan mijn parket te
willen doen verschijnen ten einde naar aanleiding van het door hem gedaan
verzoek om tot bezoldigd rijksveldwachter te worden beoemd, hem alsdoen een
proef proces-verbaal te doen opmaken.
Gaarne zou ik tevens door UEA worden ingelicht ontrent het maatschappelijk
en zekdelijk gedrag van genoemde persoon.
De Officier van Justitie

- (291)(Ontv. 9 Sept. 1892) Aan den Raad der Gemeente Ridderkerk.
De ondergeteekenden allen inwoners der gemeente Ridderkerk en beopemd in eene vergadering
van ingezetenen van den 31 Augustus ll, tot een Commissie tot werkverschaffing in
deze Gemeente, werden zich met verschuldigden eerbied tot U, met verzoek die Commissie
in hare pogingen tot werkverschaffing aan werkloozen te steunen en daartoe van gemeentewege
werken te doen uitvoeren
Zij stellen daartoe voor, in de eerste plaats, de Slooten langs den benedenrijweg
te Bolnes en Slikkerveer, van af het Stoomgemaal tot aan den Heer
Jan GROENENBOOM, op eene afdoende wijze te doen schoonmaker en zuiveren; deze
alzoo te laten schieten en daarna den bodem met eene zandlaag te voorzien;
hierdoor zal niet alleen aan velen werk kunnen worden verschaft, doch zal ook,
uit een oogpunt van gezondheidszorg, een nuttig werk worden verricht. De
toestand dezer slooten, ware vergaarbakken van allerlei onreinheden, is toch op den
duur onhoudbaar en eischt, vooral in dezen tijd van epidemiën, dringend verbetering.
In de tweede plaats zou de verbetering der Haven te RIDDERKERK kunnen
worden ter hand genomen, voornamelijk door deze op verschillende plaatsen te doen
verbieden en uitdiepen
't Welk doende enz
Ridderkerk 8 September 1892
d'Aulnis
J. ten Zijthoff
J. v.d. Waal
Joh. Smit
G. Kamsteeg
B. Bakker Bz
P. Plaisier
A.B. den Ouden


- (304)(Ontv. 18 September 1892) Ridderkerk, 17 September 1892
Edel Achtbare Heeren
Tot de sollicitanten naar eene btrekking als onderwijzer aan de school aan den Pruimendijk behoort de heer C.F.
Köhler, die vroeger aan die school is werkzaam geweest en zich gunstig heeft onderscheiden door goeden wil en voldoende bekwaamheid
als onderwijzer.
Naar aanleiding van ingenomen berichten omtrent de eenige sollicitanten neem ik dat het wenschelijk zoude zijn de volgende voordracht op te maken
1. C.F. Köhler, 2. N. Hofman en 3. F.J. van der Molen
Met verschuldigde hoogachting heb ik de eer te zijn.
Uw dw.dn. J.H. Verkerk
Aan Burgemeester in Wethouders der gemeente Ridderkerk.

- (312) (Ontv. 23 Sept. 1892) Aan den Edel Achtb. Raad der Gemeente Ridderkerk
Ondergeteekende Johannes Marie Langeveld med. doct. en Arts, sedert
den 1sten Juni 1892 gevestigd in het Dorp Ridderkerk, verzoekt bij dezen in aanmerking
te mogen komen, om vanaf den 1sten Januari 1893 te worden benoemd
tot Gemeente-Geneesheer voor een gedeelte van de Gemeente Ridderkerk, en wel
van het Dorp Slikkerveer en Bolnes tegen het genot van de helft der som
die jaarlijks door den EdAcht. Raad der Gemeente Ridderkerk voor de geheele
geneeskundige hulp in voornoemde Gemeente wordt uitgetrokken.
Met de meeste hoogachting heb ik de eer te zijn
UEd. Acht. dienst dien: J.M. Langeveld

- (318)(Ontv. 27 Sept. 1892) Aan Aan Edelachtbare Raad der Gemeente Ridderkerk
Geeft met gepasten eerbied te kennen JAN ZWAAN arbeider hier ter plaatse:
dat hij vernomen hebbende dat de betrekking van ziekenoppasser in het Ziekenhuis alhier
vacant is, zich voor geoemde betrekking bij UEd Achtb. aanbeveelt;
waar zijn langdurig verblijf alhier, hem bij velen Uwer leden bekendheid met
hem en zijne Echtgenoote doet veronderstellen, hoopt hij dat het UEd Achtb. moge behagen hem voor meergenoemde
betrekking te willen benoemen
't Welk doende
J. Zwaan
Ridderkerk 27 September 1892
(Jan Zwaan, oud 40 jaar en vrouw Anna Lodder oud 39 jaar geen kinderen)

- (346)(Ontv. 17 Oct. 1892) Geneeskundig Staatstoezicht voor Zuid-Holland.
's-Gravenhage den 17 October 1892.
Onderwerp: Onreine toestand te Bolnes
Zij deze, in verband met ons gehouden overleg, gesteld in handen van den Burgemeester van Ridderkerk
met verzoek mede te willen deelen of zijne bemiddeling reeds tot verbetering van den gewraakten toestand heeft geleid of vermoedelijk
leiden zal en zoo niet, op welke wijze Z. Edel Achtbare meent dat daartoe dezerzijds kan worden medegewerkt.
De adviseur a/h ministerie van Binnenlandsche Zaken
Waarn. inspecteur vh Generaal Staatstoez. v. Zuidholl.
RUIJSCH
Aan den Heer Burgemeester van Ridderkerk;
(Copie schrijven van Feitsma zie binnen)

Bolnes 11 October 1892
Den Wel Edel Zeer Gel. Heer Inspecteur v/d Geneeskundige dienst in Z-H
's Gravenhage
Op Uw verzoek heb ik de eer U het volgende over de tijsloot langs Bolnes mee te deelen. ter verduidelijking
gaat hierbij ingesloten een kaartje. Het groote bezwaar tegen de sloot is, dat sedert
het vorige jaar een dam gelegd is (nl. in D) Allerlei vuil, dat door minder zindelijke menschen daarin
geworpen wordt, blijft er nu in aanwezig, terwijl het vroeger eene vrije uitloozing in de rivier had.
Vooral bij hoogetijden, wanneer de griend blank water is, wordt de sloot de vergaarbak van alle
mogelijke voorwerpen, die de Maas aanvoert, welke bij een normale stand der rivier niet
meer afgevoerd kunnen worden.
't Groote bezwaar is bovengenoemde dam. Die is daar geplaatst door de Heer P. Smit Jr.,
Zeker volstrekt niet met het oogwerk om het drinkwater onbruikbaar te maken, maar
toch met het gevolg, dat het dikwijls daar door schadelijk voor de gezondheid is. Ook
wordt de sloot ondiepen en de tijd zal komen, dat het water en in 't geheel niet meer wordt
ververscht.
met de meeste hogachting ben ik
U Wel Ed Gestr. dw. dn. (get:) H. Feitsma, hoofd der School

- (399)(Ontv. 18 Oct. 1892) Aan het Edel Achtb. Bestuur der Gemeente Ridderkerk.
geven met verschuldigde hoogachting te kennen, ondergeteekenden, vertegenwoordigende het Kerkbestuur der
Ned. Herv. Gemeente alhier
dat dezer dagen is gebleken dat de uitwatering van de Kerkenoorden
tot in de haven, loopende achter de woningen van den heer Roos c.s.
aan hare bestemming niet beantwoordt;
dat zulks haar oorzaak vindt in de ophooping van modder en vuilnis
hoofdzakelijk ontstaan door de belemmering van hare geregelde uitloozing
door de heul in de haven;
dat die belemmering moet gezocht worden in de geplaatste afsluiting
bij de heul, dienende tot bewaring van eene genoegzame hoeveelheid water, ten nutte van de burgerij;
dat het Kerkbestuur mits dien heeft gemeend, met het oog op dezen minder
gewenschten toestand, U Ed Achtb. vriendelijk te verzoeken, zulke maatregelen
te nemen, als dienen kunnen tot verbetering van deze uitwatering.
't Welk doende
Ridderkerk 18 Octr. 1892
Het Kerkbestuur voornr. Gt. Plaisier Pres.
W.J. van Prooijen, Secr.

- (354)(Ontv. 20 Oct. 1892) IJselmonde 19 October 1892.
WelEd. Heeren Burgemeester en Wethouders van Ridderkerk
Aan het verzoek van UEd hebben wij voldaan wat betreft het
schoonmaken uitbageeren en het wegvoeren van het uitgekomene
der sloot te Bolnes. Mocht het UEd nog niet naar genoegen
zijn, zoo zijn wij tot dempen niet ongenegen altijd wanneer de gemeente in de
helft der te maken kosten bijdraagt. Aangezien het dan
toch ook gemeentebelang is, en wij geen termen kunnen
vinden, daartoe alleen genoodzaakt te worden.
Met achting U Ed. dw. dn.
pr. a. Wed. A. Lucardie, J.A. Lucardie

- Mijn Heer en vrienden!
In zage genomen hebbende van UEd schrijven en dat van Lucardie
Zoo heb ik heden morgen de bewuste sloot of greppel nog eens wezen bezichtigen.
Dezelve eens geledigd, en verkeert haast nu weder in dezelfde
toestand van voor enkelde weken, vol op werden er nu de aardappelschillen
in geworpen, de riolen ontlasten er zich in en facaelien waren aanwezig,
een der bewoner bekende mij gehoord te hebben, dat dezelve gedempt
wiert, en nu wierpen zij alles maar in de greppel. Volgens
alvries van Thor Leeson en de Commissie, constateren wij art. 36 uit te voeren
en zoo spoedig mogelijk dempen.
Hoogachtend groeten Uw Vriend L. v.d. Waal
Bolnes 22/10 92.

- (377)(Ontv. 2 Nov. 1892) Aan Heeren Burgemeester Wethouders der Gemeente Ridderkerk
Gezien hebbende uwe missive van dato 26 October mij gelastende tot het dempen eener sloot
loopende achter mijne eigendommen te Bolnes neemt ondergeteekende beleefdelijk de vrijheid
U Ed Achtbaren er op te wijzen zijne eigendommen slechts loopen tot den grens dier sloot terwijl
deze in feitelijk eigendom toebehoort aan Mevr. de Wed. Lucardie die bijgevolg voor de demping zou moeten
zorg dragen.
Inmiddels verblijde met de meeste achting
U Ed dv dienaar, M.E. LUIJTEN
Rotterdam 1 Nov. 1892.

- (392)(Ontv. 12 Nov. 1892) RIJKS TOEZICHT OP DEN ARBEID, 1ste Spectie No. 981
BREDA, 18 Nov: 1892.
Bij het onderzoek door U Ed. Achtb. ingesteld omtrent de
oorzaak en gevolgen van het ongeval op den 7 Mei ll. overkomen aan Pieter SCHREIJ
vuurwerker op de machinefabriek van de Gebrs. Lodder te Ridderkerk werd o.a.
opgegeven dat Schreij zich bij een "papman" te Rotterdam had vervoegd.
Gaarne zou ik van UEd. A. vernemen wat door het woord "papman" wordt bedoeld.
De Inspecteur van den Arbeid in de 1e Inspectie H.F. Kuijper.
Aan den heer Brugemeester te Ridderkerk

dat ik UEd geene juiste definitie weet te geven van "een papman"
ook wel "papvrouw" men noemt geloof ik zoo iemand die met papjes en pleisters
genezing tracht te bewerken.


- (394)(Ontv. 12 Nov. 1892) Aan den Raad der Gemeente Ridderkerk
Geeft ondergeteekende, arts te Rijsoord, te kennen dat
hij genoegen neemt, met de voorgestelde regeling in zake
de Geneeskundige behandeling der armen in deze gemeente
G. Flohil
Rijsoord 12 Nov. 1892
(Voorwaarden = contract Raad 28 ov. 81, 12 Dec. 71)

- (195)(Ontv. 12 Nov. 1892)(Onderstaand adres is heden aan den heer Commissaris der Koningin, in deze provincie verzonden)
Aan Zijne Exellentie den Heer Commissaris der Koningi in de provincie Zuid-Holland
Excellentie!
Geven met verschuldigde eerbied te kennen:
De ondergeteekenden, allen inwoners van Bolnes, gemeente Ridderkerk;
dat zij in der tijd met genoegen hebben kennis genomen, van een ebsluit van den Raad hunner gemeente,
waarbij, met het oog op de vele wanordelijkheden en rustverstoringen, welke te Bolnes plaats hadden, werd besloten
een der gemeente-veldwachters aldaar te stationeeren en speciaal met den dienst aldaar te belasten;
dat daarvoor werd aangewezen de gemeente-veldwachter JOSIAS DE WAARD;
dat zij echter bitter in hunne verwachtingen, dat hierdoor een betere toestand zou intreden, zijn
teleurgesteld, daar genoemde veldwachter zeer slecht zijn plichten betracht, of liever die geheel nalaat;
dat van surveilleren, door dien veldwachter bijna in 't geheel geen sprake is;
dat hij, somwijlen eenige dagen per week, zich naar Rotterdam begeeft, voor particuliere bezigheden
en zich daardoor aan den dienst der gemeente onttrekt;
dat de eigendommen van particulieren geheel aan de baldadigheid der jeugd en den moedwil van
kwaadwilligen of personen in kennelijke staat zijn overgelaten;
dat zijn prestige bijna geheel is verloren, daar hij in gebreke blijft, bij vele personen, het door
hem verschuldigde te betalen;
dat bij wanordelijkheden, als vechtpartijen, hij, na aan huis geroepen te zijn, eerst verschijnt, als
ald alles afgeloopen is, en zijne diensten niet meer noodig zijn;
dat straatschenderij, diefstallen en wanordelijkheden ook thans nog veel plaats hebben;
Redenen waarom ondergeteekenden met alle bescheidenheid, maar met den meesten
aandrang Uwe Excellentie verzoeken, genoemden veldwachter de Waard te ontslaan en
een ander in zijnen plaats te benomen
Bolnes, 10 Nov. 1892 't Welk doende,
(Was geteekend)
Jhs. Pas, koopman
A.P. Swets, volontair b/d registratie
J.H. van Kappelen, machinefabrikant
L. Klootwijk, assuradeur
C. Klootwijk, Cand. Notaris en Assuradeur
G.B. Pas en Zonen, Scheepssloopers
J. den Ouden, Scheepsbouwmeester
Gebr. Pot, idem
A.N. den Ouden, idem
G. de Kool
P. Slikkerveer
G. Bodegom
L. van Gelder

(Ontv. 17 Nov. 92, N. 301) Aan Zijne Excellentie den heer Commissaris des Konigens in de provincie Zuid Holland
De ondergeteekende allen ingezetene van Bolnes gemeente Ridderkerk geven bij deze hunne bijzondere te vrdenheijd te kennen over den dienst en plichtsbetrachting
vanden alhier woonachtig gemeenteveldwachter JOZIAS DE WAARD sedert zijne inwoning alhier voortdurend
aan den dag gelegd en die alhier zeer veel heeft te
kampen met dronkaards en rumoermakers die zeer gevaarlijk zijn,
doch is nimmer voordezulke terug getreden maar is altijd flink en onverschrokken
tegen dezulke opgetreden, ook heeft hij altijd den fatsoenlijken
burger waar hij kon met raad en daad ter zijde gestaan.
Redenen waarom zij beleeft verzoeken dat het Uwe Excellentie moge behagen
genoemde veldwachter J. de Waard in zijn funksie te doen blijven en hem niet te ontslaan.
of naar Ridderkerk te verplaatsen.
't Welk doende
Bolnes, 16 Nvember 1892.
(Was geteekend)
J. Donderwinkel, tuinb. ten Donk
C Boonstoppel, Tuinier
S. Boonstoppel, Tuinier
W.G. van Gelden, koopman
E. van der Blom, Bakker
G. Gelderblom, Koopman
J. Schippers, Timmerman
J. de Ruiter, Bakker
D. Drinkwaard
W. Overweg, brievengaarder
H. van Dam, mr. Smit
C. Scheurwater, tuinman
J.W.K. Bams, Koopman
G.S. van Affaire
J. de Zanger, mr. metselaar
B. Bruijel, grossier
G.G. v. Altena, Hoofd der School
C. Goud Az, Broodbakker
A. Gravestein, Onderwijzer
T. Schravesande, Grossier in koloniale waren
G. Kamsteeg
H.J. Meijer, Spekslager
F.P. van Rij, mr. bakker
A. van Steenis, schilder
A. van Dam, tuinman
P. de Jongh, mr. smid en koopman
K. Huijzer, schipper
H.T.C. Musch, mr. kleermaker
Jan Huizer Wz, slachter
Jac. Johs. Vrolijk Az, koopman
Huibert den Uijl, horlogemaker
A. v.d. Waal, Spekslager
J.C. Erkelens, opzichter
R. Bruring, meester schoenmaker
Joh. van Rij, mr. timmerman
M. Aardoom, koopman

- (415)(Ontv. 21 Nov. 1892) Ridderkerk 21 November 1892
Wel Ed. Achtb. Heer !
Bij dezen heb ik de eer U Ed mede te deelen dat ik den 1ste Jan. a.s.
met genoegen de geneeskundige dienst op de stelde voorwaarden
en belooning zal aanvaarden.
Hoogachtend UEd. dienstw. dien. J.M. Langeveld

- (462) (Ontv. 23 Dec. 1892) Aan den Raad der gemeente Ridderkerk
Geeft met den meesten eerbied te kenne, de ondergeteekende W.M. van Nes, Onderwijzeres
in de nuttige handwerken voor meisjes, aan de Scholen dezer gemeente te Rijsoord en aan den Pruimendijk.
dat zij in het haar 1888, met Mejuffrouw M.G. Nugteren is benoemd als Onderwijzeres in die hendwerken, ter
vervanging van Mejuffrouw E.M. Daamen en dat na het vertrekt van eerstgenoemde, ook aan haar is
opgedragen het onderwijs aan de School aan den Pruimendijk.
dat bij hare benoeming haar in uitzicht is gesteld eene verhooging harer bezoldiging, indien zij met gunstig
gevolg examen aflegde.
dat zij thans voor beide scholen aangesteld, eene belooning
geniet van f 200,-, terwijl Mejuffrouw Daamen werd toegekend eene som van f 350 en Mejuffrouw ten
Zijthoff, thans voor gelijke betrekking aan de Scholen op het dorp en te Bolnes nog geniet eene bezoldiging
van f 300,-
dat zij tegenwoordig vier dagen per week aan bovengenoemde Scholen onderwijs in de nuttige handwerken
geeft, waarvan tweemalen ook aan den Pruimendijk
op een afstand van ruim een half uur gaan.
dat zij steeds de hoop heeft gekoesterd, dat door Uw College de bezoldiging nog nader zoude worden geregeld
Waarom zij eerbiedig de vrijheid neemt, U te verzoeken,
hare bezoldiging als Onderwijzeres in de nuttige handwerken te willen herzien en deze gelijk
te willen stellen, met die aan Mejuffrouw ten Zijthoff toegekend.
't Welk diende, etc.
W.M. van Nes.

- (464)(Ontv. 24 December 1892) Aan den Gemeenteraad van Ridderkerk
Edelachtbare Heeren!
De navolgende vereeigingen en colleges alle binnen deze gemeente
gevestigd, brengen bijd ezen het volgende onder Uwe aandacht:
dat zij bij Uwe vergadering beleefd doch dringend verzoeken, alle gelegenheid in deze gemeente tot
verkrijging vvan sterken drank en bier, welke tot heden des Zondags tot s avonds 10 uur geopend
mogen zijn, te verbieden, voortaan op bedoelden dag tot dat uur geopend te zijn, maar
ze een of twee uren vroeger te doen sluiten.
Daardoor zou naar de meening van adressante
1e. aan de mannelijke bevolking te Ridderkerk de verleidende gelegenheid ontnomen worden, zich tot laat in den avond in herbergen en bierhuizen te bedrinken
2e eene poging aangewend zijn, om de uithuizigheid tegen te gaan
3e de Christelijke betekenis van den Rustdag meer tot haar recht komen
Hoewel het der adressanten innigste verlangen zou zijn, dat de dranklokalen tenminste
des Zondags in 't geheel niet geopend werden, komen
zij het eenigste vragen wat tot uwe bevoegdheid
in dezen kan gerekend worden te behooren, nl. de sluiting der genoemde lokalen des
Zondagsavond van af 8 of 8 uur.
Ondergeteekenden, zich bewust zijnde, dat het zedelijk en maatschappelijk
welzijn onzer Gemeentenaren den Gemeenteraad zeer ter harte gaat, hebben dan ook de
verwachting, dat Uwe vergadering met algemeene stemmen dit ons verzoek zal inwilligen.
't Welk doende
Ridderkerk November 1892.
De Christelijke Jongelingsvereeniging OBADJA te Ridderkerk, erkend bij Kon. besluit van den 9 Augustus 1892 no. 125
De Secretaris S. Post, de Voorzitter, J. de Jong

De Christelijke Jongelingsvereeniging "Filologos", te Bolnes
A. Gravestein, voorzitter
W.T. van Dam, secretaris
H. van Rietschoten, penningmr
F.H. van Dam
H.J. van Rietschoten Hzoon
H.A. de Heer
T. van Rietschoten
W. Kamsteeg
Kl. Lagendijk
Pieter van Dijk
J.C. van Rietschoten
C. Dubbeldan
H. Meijer
P. Taktor
K. Schippers
G. van Rietschoten
Joh. de Jong Jz Joh. Rodenbach

De Christelijke Jongelingsvereeniging "Jonathan" te Bolnes:
H.E. Ouwerkerk, voorzitter
L.J. Onder de Linden, Secretaris
H. Boden, Penkmeester
M. Bode, vise Secret
W. Nugteren vise voorz.
P. de Keizer, vice penningmr.
C. van Wingerden
P.E. Ligthart
Joh. P. Ligthart
A.C. Waardenburg
J.J.C. v. D Woerdt
P. Bode Czoon
W. Stofberg
P. Bode Mzoon
G v. Driel
J. Bode
A. Overweel
Jan Nugteren
Jakop IJsselstein
P. de Keizer
J. Dubbeldam

De Christelijke Jongvereen. "Bedenk de dingen, die boven zijn niet die op de aarde zijn", te Rijsoord
As. de Jong, voorzitter
B. de Koning (Penningmeester)
Gerrit de Zeeuw (bebliot.)
B. Wilschut Mz (Sec)
J. Klootwijk Pz.
G. Biesbroek
A. Alblas
J. van Nes
S.C. de Koning
P. Maaskant
Lukas v.d Linden
Johanens Aart de Ruiter
G. Blaak
M. de Zeeuw Pz.
W. Wilschut Mz.
Joh: Biesbroek
J. van Nes
Joh. van Nes
P. de Ruiter
M. Blaak
C. v.d. Burg
D.M. Visser
L. de Koning
H.N. De Koning Kz.
G. Millenaar
A. Visser
A. Alblas
Willem van Nes Cz
P. de Koning
P.C. van 't Hof
C. de Ruiter
Pieter in 't Veldt

De kerkeraad der Gereformeerde Kerk van Rijsoord c.a.
S. Sleeswijk Visser, v.d. m praises
L. de Kool, scriba

De Kerkeraad der gereformeerde kerk van Ridderkerk
M. van 't Zelfde, voorzitter
G.J. Nijman Jr, scriba

Laatst gewijzigd: oktober/december 2017, februari-maart-april 2018.