Aanmelden | Contact
Doorzoek de bronnen

Dordrecht: akten stads krankzinnig- en beterhuis ('het Blauwhuis') 1761-1786


Bron: Regionaal Archief Dordrecht
Toegang: 22 Geneeskundig gesticht voor krankzinnigen, voorheen het Stads krankzinnig- en beterhuis geheten
Inventarisnummer: 483 1761-1786 (Akten waarbij door de daartoe bevoegde autoriteiten machtiging wordt verleend tot het opsluiten, het verlengen van de opsluiting of het ontslaan van patiënten)

(titel stapel 1) 1e Pacquet - Appoinctementen en Resolutien van Confinement van binnen de Stad lopende van 1763 tot 1794 incl. voor het Krankzinnig en beterhuis.

12-01-1782 huisvrouw Joris van Brieving

(Copie)(Brouwer) Wij ondergesz: Pieter Biesheuvel, woonende in de Werken, Hendrik Koelewijn, en Jan Sudderlandt, beide woonende te Werkendam, en zijnde van vereischten ouderdom, attesteeren en verklaaren, ten verzoeke van Joris van Brieving, meede te Werkendam woonagtig, en ter voldoening aan de tweede Conditie van 't Appoinctement, door Heeren Schout en Scheepenen van Werkendam voornt: aan denzelven Joris van Brieving verleend in dato 15: Junij 1780 waar en waaragtig te zijn.
Dat wij Attestanten, nu onlangs en meer dan eens, hebben gezien en bevonden, dat Adriana Kapteijn, huijsvrouw van den voorn: Joris van Brieving, na dato van 't bovengem: appinctement, zig op nieuw aan dronkenschap schuldig gemaakt heeft, en als dan zomtijds zeer booraardig en dikwils buiten staat was, om haare kinderen en huisselijke bezigheeden behoorlijk gaade te slaan en waar te neemen. Geevende voor reedenen van wetenschap, dat wij Attestanten veel bij den meergem: Joris van Brieving en zijne voorn: vrouw verkeert, en het geen voorsz: staat gezien, bevonden en bijgewoond

hebben; presenteerende mitsdien dit ons getuigenis (des noodig zijnde en geëischt wordende) met Eede te bevestigen.
Actum en geteekend den 9e Januarij 1782 (was geteekend)
dit hand + merk heeft gesteld Peeter Biesheuvel, verklaarende niet te konne schrijven, in mijn present, Jan v:d: Bol; Hend: Koelewijn, dit hand + merk heeft gesteld Jan Sutterland, verklaarende niet kunnen schrijven, in presentie van mij Hendrik van Driel.
(Lager Stond)
Compareerden voor Pieter Goudriaan, Schout, Aart Kuijck en Dirk Piek, Scheepenen van den Dorpe Werkendam: Peeter Biesheuvel, woonende in De Werken, Hendrik Koelewijn en Jan Sudderland, woonende alhier, alle Attestanten in de voorenstaande Attestatie gemeld; dewelke gehoord en geëxamineerd zijnde op den inhoude van dien, hebben verklaard dezelve waar en waragtig te zijn, en daar bij als nog te persisteeren; zeggende een ijder van hen tot bevestiging der Waarheid Zoo waarlijk helpe mij Godt almagtig.
Actum Werkendam den 12 Januarij 1782 (onderstond) In kenn: van mij Secretaris (was geteekend) P. Goudriaan 1782.
Deze is met desselfs Principaal bevonden te accorderen bij mij ondergesz: Secretaris van Werkendam den 9e februarij 1782. P. Goudriaan.
+
(Copie) Wij ondergeteekenden Jan van der Bol, Jan Sudderland en Catharina Donkersloot, woonende te Werkendam, mitsgaders Peeter Biesheuvel, en Mijntje van Haaften, woonende in De Werken, zijnde alle van behoorlijken en verëischten ouderdom, attesteeren en verklaaren, ten verzoek van Joris van Brieving, woonende te Werkendam voornoemt, waar en waaragtig te zijn:
Dat Wij Attestanten, zeedert eenige Jaren herwaards, dikwils en van tijd tot tijd, zoo uit eigen verkiezing als ook zomtijds geroepen zijnde gegeaan en geweest zijn ten huize van voorn: Joris van Brieving; en dat Wij Attestanten meenigmalen hebben gezien en bevonden, dat Adriana Kapteijn, huisvrouw van gezeide Joris van Brieving, dronken en ook zomtijds geheel buiten staat was, om haare Kinderen en huisselijke bezigheden behoorlijk gaade te slaan en waar te neemenl en dat zulks vooral en wel bijzonder plaats had, wanneer meergem: Joris van Brieving, ter waarneeming van zijn beroeps-pligten, genoodzaakt was zig op te houden buiten deeze Dorp.

Eindigende Wij Attestanten hier meede onze verklaaring; gevende voor reedenen van Weetenschap alle 't geene voorsz: staat gezien, bevonden en bijgewoond, mitsgaders nog in goede geheugenis te hebben, en voorts als in den text; presenteerende mitsdien de deugdelijkheid van deeze onze Verklaaring (des noodig zijnde en geëischt wordende) met solemneelen Eede te bevestigen.
Actum en geteekend den 25 April 1780 (was geteekend)
Jan v.d. Bol;
dit is x het handmerk van Jan Sudderland, in mijn present, Jan v:d: Bol;
dit is het hand x merk van Catharina Donkersloot, in mijn present Jan v:d: Bol;
dit is het hand x merk van Pieter Biesheuvel, in mijn present Jan v:d: Bol;
dit is het hand x merk van Mijntje van Haaften, in mijn present Jan v:d: Bol;
(Lager Stond)
Compareerden voor Pieter Goudriaan, Schout, Aart Kuijck en Dirk Piek, Scheepenen van den Dorpe Werkendam: Jan van der Bol, Jan Sudderland, en Catharina Donkersloot, woonende

alhier, mitsgaders Peeter Biesheuvel, en Mijntje van Haaften, woonende in De Werken, alle Attestanten in de voorenstaande Attestatie gemeld; dewelke gehoord en geëxamineerd zijnde op den inhoude van dien, hebben verklaard dezelve waar en waaragtig te zijn, en daar bij als nog te persisteeren; zeggende een ijder van hen tot bevestiging der Waarheid; Zoo Waarlijk helpe mij God Almagtig
Actum Werkendam den 12: Januarij 1782 (onder stond) In kenn: van mij Secretaris (was geteekend) P: Goudriaan 1782.
Deeze is met desselfs principaal bevonden te accordeeren, bij mij ondergesz: Secretaris van Werkendam, den 9e februarij 1782. P. Goudriaan.

Laatst gewijzigd: januari-februari-maart 2015 / december 2016.