Aanmelden | Contact
Doorzoek de bronnen

Dordrecht: requestenboek gerecht 1711-1712


Bron: Regionaal Archief Dordrecht
Toegang: 9
Inventarisnummer: 135 (requestenboek gerecht 1711-1712; geen paginanummering)

NB. toegang 9 is per 4-9-2014 vernummerd; het oude nummer van 135 was: 98.

Titel boek: Requeste Bouck der Stad Dordregt beginnen met den jare 1711 (-1712).

25-04-1711 Groot Viskopersgilde, gerookte zalm en elf, roken van hengst

(folio 24)

Aande Ed: Gr: Agtb. &a.
Geven reverentelijk te kennen Boeckhouders en deckens van t Groot Viscoopersgilde binnen dese Stadt, dat off wel noijt anders hier ter Stede gebruijckelijk was buijten d'Ordinaris twee vis rookhuijsen alhier te roocken, als salm, ende elff, en deselve gerookte sijnde, niet anders aende Coopluijden voor Soodanigh te vercoopen, Egter eenige quaataardige en eijgen baatsoeckende menschen ende Wel gilde broeders van der Supplte. gilde haar niet ontsien selffs te rooken, off doen roocken een soort van vis, genaamt hengsten, en deselve geroockt sijnde voor goede geroockte salm aende Inwoonders alhier, en andere Coopluijden, Soo in als buijten dese Stadt, tragten te vercoopen, waardoor niet alleen die gemelde Inwoonders, en Coopluijden schandelijk werden bedrogen, ende nenadeelt, maar ook streckende is tot groot nadeel vande andere der Supplten. gildebroeders, de negotie in geroockten sam drijvende, mtisgrs: tot groot discrediet

(folio 24vs)

en nadeel van dien handel int generaal in dese Stadt, gemerckt dien geringen, en slegten hengst voor een seer slegten prijs in en een uijtgecogt werdende, de goeden salm alhier dan niet kan gedebiteert worden, doordien de Coopluijden har alhier alsdan bedrogen vindende genootsaakt sijn, op andere plaatsen goede salm te gaen koopen, off ontbieden, dat oock dickmaalen is gebeurt, en bij de Supplten. ondervonden dat de ventjagers met seevis alhier te mart komende, ende eenige Vis daar van alhier ter marcte off gekeurt wesende, die gemelde Ventjager hun ondervinden binnen de mijl van dese Stadt, en selffs binnen de poorten alhier, gemelden affgekeurde Vis aen Schippers en anderen persoonen te vercoopen, streckende allen 't selve tot groote prejuditie, en nadeele, Soo vande Suppl.ten en hare gemeene gildebroeders, als van dese Stede, enden pagter vanden twintigsten penn: op de voorsz. vis, binnen dese Stadt, t welcke alsoo niet behoort; ende waarneme prontelijk behoort te werden voorsien Ende alsoo inde keuren vander Suppl.ten voorn. gilde Jegens Soodanige misbruijcken en onbehoorlijckheden niet is vorsien, Soo sijn de Supp.ten te raaden geworden haar door desen te keeren tot Welgemelte uEd. Gr. Agtb. ootmoedelijk versoekende appointement waarbij aen eenen Igelijcken binnen deser Stede wie het ook Soude mogen wesen geen gilde broeder van der Supllten. gilde sijnde

(folio 25)

Werde geinterdiceert eenigen vis te roocken en gildebroeder sijnde niet dan goeden en Opregten salm, en Elff, en deselve geroockt sijnde, aen niemant, dan voor Soodanige als goede geroockten salm, en Elft te vercoopen.
Dat mede aen alle de ventjagers hier ter Stede komende, magh werden geinterdiceert in toe comende geene aff gekeurde Vis, binnen de Mijle van dese Stadt, oft de poorten van dien aen imandt te vercoopen, venten, off doen venten, off vercoopen alles Soo in 't regarde vande eene, als andere op een Boete van Vijff en twintigh gul.
Soo dickwils de Contraventeurs den voorsz. appte. mogten komen te overtreden ofte Soo veel min off meer, als uEd. Gr. Agtb: Sullen goetvinden alles 't applceren ten behove vande voorsz. gilde, endat der Suppte. keuren, daarmede indien op sigte mogen werden geamplieert. TWelk doende &a. (was get.) Huijbert van Heijst en A. V.D. Grient en A:V:Sevenom en Wijnant van der Merck en (was get.) A: Hagoort de Jongen, Pr.

(folio 25vs)

In margine stond voor appostill.
de Camere, alvorens te disponeren Committeert de heeren van den Santheuvel en Brandeler, Schepenen omme de boeckhouders en Deeckene van 't Groot Vis Coopers Gilde op dese nevenstaende requeste te hooren ende haar Ed. Groot agtb. te dienen van der selver Consideratue ende advis. Actum den 11 April 1711 was get. P. Eelbo.

(Lager stond) de Camere gehoort hebbende het rapport van heeren Commiss.en voor de welke den boeckhouder en deeckenen van 't Groodt Viscoopers gildt waren gecompareert midtsgaders gesien ende geexamineerdt hebbende dese nevenstaende requeste ende gelet op 't gene waer op in desen te letetn Stonde, interdiceert een jgelijk wie het ook Souden moge sijn omme dese Stad (geen gildebroeder van der Supplianten gilde Sijnde) eenige Soort van vis te roocken om te vercoopen, ende een gilde broeder Sijnde niet dan goede ende opregte salm en Elft te roocken ende deselve gerookt Sijnde aen niemant dan voor Soodanige als goede gerookte salm en Elft te vercoopen op een boeten van ten carolij guldens te verbeuren voor jder Hengst off andere vis dewelke Jmant boven de

(folio 26)

bovengenoemde vis komen te rooken of te verkoopen interdiceert wijders ook alle de ventjagers hier ter Stede komende int toecomende geen afgekeurde vis binnen de mijl van dese Stad ofte der poorte vandien aen niemant te vercoopen, ofte doen vercoopen, venten off doen venten, alles soo uit requarde vant eene alst andere op een boete van vijff en twintig gl. te verbeuren bij die gene dewelke contrarie deses Sullen konnen te doen alle welke voorsz. boetens te appliceren ten behoeve van den voorsz. Gilde. Actum den 25 April 1711. was getekent P: Eelbo.

Laatst gewijzigd: oktober/november 2014 (bewerking van E. van Dooremalen)