Aanmelden | Contact
Doorzoek de bronnen

Dordrecht: requestenboek gerecht 1711-1712


Bron: Regionaal Archief Dordrecht
Toegang: 9
Inventarisnummer: 135 (requestenboek gerecht 1711-1712; geen paginanummering)

NB. toegang 9 is per 4-9-2014 vernummerd; het oude nummer van 135 was: 98.

Titel boek: Requeste Bouck der Stad Dordregt beginnen met den jare 1711 (-1712).

12-04-1712 Casparus van Bemmel, gildebroeder goud- en zilversmidsgilde, uitverkoop winkel door vendumeester Jan de Haan

(folio 100)

Aande Ed.e Camere Judicieel der Stad Dordregt.
Geven met behoorlijkke erbied te kennen dekens en agtmannen van Goud en Silver Smeden gilde, binnen dese Stad, dat Casparus van Bemmel, gildebroeder van de Suppte. gilde en mede winckelier van Goud en Silver werk, staande op zijn vertreck uijt dese Stad, deselve sijne winckel heeft beginnen uijt te verkoopen, dat vervolgen(de) Sij Suppten. niet naders hadden gelooft, of Soude na het Oude gebruijk vande Suppte. Gilde, het restant van die winkel gebragt sijn gewerden op der selver

(folio 100vs)

gilde kamer, omme aldaar, na vorige Convovatie van den geheelen gilde door dekenen van haar Supp.ten gilde gevijlt en verkogt te hebben geworden, vernemen Sij Supp.ten met de uijterste bevremdinge, ter Contrarie, dat den vendumeester de Haan, sig tragt Onderwinden(gen) [ondervinden], alle dat gout en silver werk vande voorsz. winkel te Sullen vercoopen hoewell denselven daar toe in geenen deele bevoegt is, nog het selve geensints van sijn vendu meestersschap dependeert gansch niet ten desen obsterende sijn Capticus voorgeven, dat hij wel meerder goud en silverwerk, Soo voor Sterfhuijsen als Insolvente beodels Soude hebben verkogt 't gunt hier in het geval, nopende de voorsz. winkel vanden voorsz. van Bemmel niet en is, Nog daar toe getrocken kan werden dat niet den vendumr. de Haan, nogte sijne predecesseuren, pijt, maar, de Supp.ten altijt in de possessie sijn geweest

(folio 101)

tot de vercoopinge van soodanige winkels dat, bij aldie sulx aan den vendumr. gepermitteert Soude sijn, immers een deure Soude sijn geopent voor alle werkluijden van hunne gilden, da sijl(ieden) eenig gout, en, sulverwerk bij sig hebbende, t zij bij hun selfs gemaakt, off, van anderen opgekogt, sulx dan altijt wederom door den vendumr. de Haan soude konnen laten verkoopen dat sulx ook nog van dat gevolg soude zijn, dat eenige van hare gildebroeders selve, samen spannende met eenige der voorsz. werkluijden, van haarlj: samen bij een gebragte goude en silverwerkken dan al mede door den vendumr. vendutie soude konnen laten houden, ja, dat, de soodanige vercoopinge vanden vendumr. konnende stant grijpen daar toe dan almede aangeklokt Soude konnen werden, alle buijte landse goude en silvere werken, al was sulx vals gout of silver off ook ssodanigen gout of Silver dat in andere steden, Soo, in als

(folio 101vs)

buijten Holland, afgekeurt was, en vervolgens in grooten getale na dese Stad mede sal komen aff sakken, omme al mede te werde verkogt, door den vendumr., die alsoo wijnig uijtdragers en uijtdra(a)gsters, de deugt van gemaakt gout en silver werk, konnen weten of toetsen dat immers kennelijk genoeg is dat dan die uijtdragers off uijtdaagsters, Soodanigen vals off slegt goud en silverwerk nootsakelijk, om haar sulx wederom quijt te maken, wederom onder de hand off Langs de huijse moeten gaan veijlen en vercoopen, alle t gunt immers expres, Soo wel aan haarlj: als aan Joden, ende kleervercoopers, en anderen, bij den 5 art. van den Plaecate van State van Holland en Westvriesland, in den jare 1662 op het onderhout vande keur der gout, silver smeden

(folio 102)

hier te lande gemaneert, wel Scherpelijk verboden en, op een groote pene, en dat wel, om de aldaar bijgebragte reden, dat sulx trecken Soyde tot merkelijke schade van die van den voorsz: ambagte, en tot kennelijke rijsinge vande Specien en materialen door welk dan immers, van den vendumr., en alle uijtdragers en uijtdraagsters, een vrij meerder regt, en vrijhijt, ontrent het goud en silverwerk te verkoopen, Soude hebben dan alle die verder Supp.ten Gilde selfs die alle na de Hollandse keuren onder strieten eede staen van geen gout off silverwerk te mogen vercoopen, dat niet alvoorens de proeff op hare gilde kamer uijtgestaan, en sij(n) vervolgens seker weten dat het selve deugdelijk gout en silverwerk is 't gunt in ande landen rijken, en Steden off geheel Soo niet en is of in andere wederom met Soo Stip het welk veroccasioneren sal, als

(folio 102vs)

voren is gesegt, dat sulke slegte en valsche gout en silverwerk, alhier in grooten getall sal komen na toe te sacken, om door den vendumr. te werden verkogt door alle het welke dan niet anders te Wagten is, off het geheele land, en ook dese Stad, sullen met allerlij Soodanig vals, slegt, en afgekeurt gout en silver werk ja ook valsche juweelen, werden vervult en daar door de ingesetenen mislijd bedrogen en beschadigt sullen sijn dat daar omme selfs die precoutie bijden voorsz. placcate Soo exact als genomen, dat selfs geeene kramers die met gout of silver omgaan, in geen steden Nog dorpe van buijten sullen mogen inkomen, om voor te staan of te marckten, of, Sullen alvorens de visitatie van dekens en gesworens vande goud en silver Smede Gilde, over hare kramen, en waren

(folio 103)

onderworpen moeten sijn op gelijke pene als den gilde brieder selve verbeuren Soude sulx dat dan seerligt aff te meten is dat de vercoopinge van soodanige winkel, als die is vanden voorsz. van Bemmel, niet en is van het departement vanden voorsz. vendumr. de Haan maar allen van die der Supp.ten gilde dat onmogelijk niet langer sal konnen bestaan, maar totaal te gronde sal moeten gaen, Ter oors sijlj: een groot Capitael den eenen meerder en den anderen minder en die haere negotie en winkels op, en, neer, moeten houden gaen en daar van met hare sware huijshoudens bestaen, en oversulx tegens de prijs van sulken valsche, slegt, en afgekeurt gout en silverwerk, en juweelen geen mart konnen houden. En meerdere andere reoenen

(folio 103vs)

en middelen, is t noot, nog nader te allegeren war omme Soo addresseren de Supp.te haar aan dese Ed: Camere onderdaniglijkken versoekende dat deselve aan den voorsz. Vendumr. de Haan gelieven te doen interdiceren, met de vercoopinge vande winkel vande voorsz. Casparus van Bemmel voor te gaan, maar daar mede de Suppte. in haar voorsz. qt. als van outs te laten gewerden ten minsten de voorsz. voorgenome vercoopingen van den vendumeester de Haan te dien Surcheren en in Staat te doen houden tot dat partijen daar op gehoort nader bij dese Ed. Camere deswegen sal werden gedisponeert.
T Welk doende etc. was get.
T:V:Sloot.
Joosewa Marcel
J:V:Immerseel
als keurmeester
Hendrik van der Bank
J:V: der Ent
Pieter Warnier
agtman
was get. P: van Son, Procur.

(folio 104)

In margine stond voor appostill.
d'Camere alvorens te disponeren Committeerdt de heeren Gevaarts en van Hairen Schepen omme den vendumr. de Haan op dese nevenstaande req.te te hooren ende haar Ed.e Gr. Agtb. te dienen van derselver Consideratie ende advis.
Actum den 9 April 1712 was get. P: Eelbo.

(Lager Stond)
D'Camere gehoort hebbende het rapport van heere Commiss.en dewelke den vendumr. de Haan op dese nevenstaande req.te hadden gehoort mitsgrs. gesen ende geexamineerdt hebbende deselve req(uest)te ende gelet op 't gene waar op in dese te lette stonde authoriseerdt den vendumr. Jan de Haan, Omme de winckel van Casparus van Bemmel breeder ter requeste gemelt bij provisie publijckelijk ten genoege en na de keure van den verkooper ten overstaan van Deeckenen en agtmannen van het silversmeede gilt te vercoopen eenige ongepretudiceerde jder zijn reght Ordonneerde wijders de respectieve partijen in desen soodanige verdre

(folio 104vs)

bewijsen over te geven als, ider goeetdincken sal omme bij haar Ed.e Groot agtb. mijn heeren van den gereghte als dan deswegens Soodanigh nader te werden gedisponeert als bevonden sal werden te behooren. Actum den 12 April 1712 was get. P: Eelbo.[KANTLIJN] De Camere gesien ende geexamineerd hebbende de bewijsen dewelke bij den deckenen van het Gout en Silversmeden gilt waaren overgegeven ende gelet opt gene; waar op in desen te letten Stonde, authoriseert en qualificeert de voorz: deeckenen van het voorgem.e gilt in der tijt om in het toecomende waneer bij overlijden off vertreck uijt dese Stad van een gildebroeder van het voorz. Gilde desselfs winkel Soude werden verkogt 't zelve allen ende met Seclusie van de pagter van de Salgroede te vercoopen. Actum den 26e Novemb. 1712 (was get.) P: Eelbo.

Laatst gewijzigd: oktober/november 2014 (bewerking van E. van Dooremalen)