Wel Achtb: Heeren.
Wij hebben niet konnen nalaten op 't Versoek van Martinus den Oude, Woonende binnen dese Stadt, als in huwelijk hebbende Anna van Kaamen, bevoorens Wed:e en Boedelhoutster van Jan van der Kemp, mitsgaders Johannes Kouwens, als Procuratie hebbende van Sijn Schoonvader Sijmon Jansse Kuijpers, te versoeken, dat UEd:e Achtb:e in faveur en Vordernisse van de Justite, door UEd:e Achtb:e geswooren Bode ofte den genen die 't behoort de hiernevens gaande Acte van Arrest gelieven te doen Insunueeren, aan Coenraad Kuijpers, woonagtigh onder UEd:e Achtb. Jurisdictie, als mede Erffgenaam van Sijne moeder Jenneken Coenraads, in haar leven wed.e van Jan Simonsse Kuijpers, om de jurisdictie te Sondeeren, mitsgaders denselven Coenraad Kuijpers, uijt naam en van Wegen alsvooren, te doen overdragen voor de Camere Juditieel deser Stadt, Jegens dingsdagh den 31 Maart dezer Jaars 1744 des morgens ten halff tien uuren, ofte bij Continuatie den eersten regtdag daaraanvolgende, ommde te aanhooren Soodanigen Eijsch en Conclusie als de voorn: Martinus den Ouden en Johanna Kouwens in qualite voorz: Sullen willen doen en neemen, daarop te antwoorden en voorts te procedeeren as naer regten met versoek, dat uEd: Achtb:e ons gelieve te relateeren, het gunt hier inne Sult hebben laten doen Waarmede de gem:e den Ouden en Kouwens dienst de justitie vordernisse, en ons een Welgevallen geschieden Sal Bereijd Sijnde in gelijke off andre voorvallende gelegentheden Sulx versogt Sijnde 't selve ter Erkennen, Waar toe ons verlatende Sullen Wij UEd: Achtb: beveelen in Godes protexie en blijven. Wel Achtb. Heeren
U Ed. Achtb. Goede Vrunden.
Borgermeesteren ende Regeerders der Stad Dordt:
Ter Ordonnantie van d'selve.
Dordt: den 29:e feb: 1744.

FOLIO 087vs

Wel Edele Groot Achtb. Heeren.
Uijt het hier nevens gaande Relaas, annex aan, de aan ons door UWel Ed: Groot Achtb:e toegesondene Acte van Arrest, op den Persoon Kuijper onsen inwoonder, Sullen UWelEdele Ed. Groot Achtb. komen Sien, dat aan het versoek door uWel Ed: Groot Achtb: aan ons gedaan, bij missive vanden 20e: februarij deses Jaars is voldaan Zijnde Wij altijt gaarne tot Vordernisse der justitie en ter voldoeninge van UWel Ed: Groot Achtb. versoeken bereijdwilligh, Waar mede wij na UWelEd: Groot Achtb:e indes Allerhoogsten heijlige hoede, bevolen hebbe, de Eere hebben te blijven,
Wel Edele Groot Achtb: Heeren, UWelEdele Groot Achtb. dienstwillige Dienaeren
Den Schout & Schepenen, inde Dalen van de Hoeven onder de Vrijheijt Etten.
Ter ordonnantie van d'Selve (was get.) G.A. van Riel, gesur. Clercquen Etten den 11e: Maart 1744.

FOLIO 088-088vs-089

Wel Achtb: Heeren.
Wij hebben Wel ontfangen UWel Achtb. missive van den 11 deser met het daar ingesloote Relaas van de Bode wegens het gedane Exploict aan Coenraad Kuijpers, dog dien daar uijt dat maar gedeeltelijk aan ons Versoek voldaan is, Waaromme Wij UWel Achtb: als nog Versoeken bij desen om aan het verder versoek van ons requisitoriaal van den 29e februarij laastleeden doro UWel Achtb. gemelden Bode gelieve te laten voldoen, met namentlijk den voorsz: Coenraad Kuijpers te doen overdragen voor de Camere Juditieel deser Stadt jegens dingsdagh den 31 Maart 174 des morgens ten halff thien Uuren, ofte bij Continuatie den Eersten regtdagh daar aan volgende, omme ende tenfinen, als in ons voorz: Requisitoriaal van den 29 febr: breder Staat gemelt en Waar toe wij ons referere, tenwelken eijnde wij de papieren hier nevens wedersenden om na gedane dagvaardinge die te konnen doen Completeren en Voltrekken, Zulx deselve als dan ten Spoedigste wederom verwagten, en waar toe ons verlatende wij Blijven.
Wel Achtbaare Heeren
UEd: Achtb. Goede Vrunden
Burgermeesteren ende Regeerders der Stad Dordrecht. Ter Ordonnantie van d'selve.
Dordt: den 17e: Maart 1744.

Dijnsdagh den 31e: maart 1744 ter Rolle Eijsch Sijnde gedaan in de Saake van Martinus den Ouden Woonende binnen dese Stadt, als in huwelijk hebbende Anna van Kamen bevoorens Wed:e en Boedelhoutster van Jan van der Kemp die een Zoon was van Wijlen Cornelia Kuijpers dogter van Wijlen Jenneken Coenraads in haar Leven Wed:e van Jan Simonse Kujpers, ende Johannes Kouwens, mede Woonende binnen dese Stad als Procuratie hebbende van Sijn Schoonvader Simon Janse Kuijpers mede Soon en Erffgenaam vande voorn: Jennike Coenraads in die qt. attestante en Eijs.rs Contra
Coenraad Janze Kuijpers, Woonende onder Etten in de Barronie van Breda, mede Zoonen Erffgenaam van de voorn: Jennike Kuijpers geinsinueerdens van Arrest en ged:e is vermits de non Comparitie van den geinsinueerde van Arrest en ged: door den proc.r vande Arrestanten en Eijss.rs Versogt het Eerste default en voor 't proffijt van dien de Citatie van de gedane Arreste en Admissie tot 't doen van een tweede Citatie, op Welk versoek door ons niet is gedisponeert maar gehouden instatu te drie Weeken en dus tot dinsdagh den 21 deser maant April 1744 vermits 't gerequireerde Relaas van de gedane Citatie ingevolge onze Missive aen UEd: Achtbr: indato den 17 Maart nog niet Was overgecomen. Wij Versoeken dat in faveur en vordernisse van Justitie ons ten Spoedigste magh werden toegesonden relaas van de gedane Citatie en Insinuatie alsoo wij op 't voorz: Versoek Sullen moeten disponeeren, Ende bij aldien tegen erwagting de Citatie ter behoorlijke tijt niet mogte Sijn geschiet Soo versoeken wij dat deselve mag gedaan werden tegen deijnsdagh den voorz: 21 April 1744 des morgens ten 10 uuren en ons daar van ten Spoedigste werde toegesonde behoorlijk Relaas nevens 't rela(a)s van de gedane Insinuatie.
Actum den 8 April 1744.

Laatst gewijzigd: juni 2014.