Dordrecht: Koninklijke onderscheidingen Dordtenaren 1903-1940(1946-1949/1953/1960/1971)
Bron: Regionaal Archief Dordrecht (was Erfgoedcentrum DiEP)
Toegang: 8A1945 en 8A1960
Inventarisnummers:
8A1945-3132 (over 1903-1919); 8A1945-3133/3134/3135 (a t/m z); 8A1945-3136 (a t/m z); 8A1945-3142 + 3143 + 3144 + 3145 (over 1930-1940);
8A1960-2285 (over 1946); 8A1960-2286 (over 1947); 8A1960-2287 (over 1948); 8A1960-2288 (over 1949); 8A1960-2292 (over 1953); 8A1960-2306 (over 1960 A-L); 8A1960-2307 (over 1960 K-R); 8A1960-2308 (over 1960 S-Z); 8A1980-2708 (over 1971 A-F); 8A1980-2709 (over 1971 G-K); 8A1980-2710 (over 1971 L-R) 8A1980-2711 (over 1971 S-Z);;
(transcriptie E. van Dooremalen)(scans verkrijgbaar)
Koninklijke onderscheidingen 1903-1940(1949)
Cornelis van Dam
Geboren: -
Wonende: Maasstraat 34 (Dordrecht)
Functie: opzichter van de woningvereeniging Het Noorderkwartier
Onderscheiding: -
Uitreiking: -
Aanmerkingen:
- (Dordrecht den 22 Augustus 1938) Onder terugzending der
stukken, mij in handen gesteld bij Uwe apostille dd. 19 dezer, no. 1386,
Kabinet, heb ik de eer UEdelAchtbare het volgende mede te deelen:
Loth van Beest, geboren te Leerdam 14 Juni 1870, zonder beroep, voorheen
directeur of chef van een timmerfabriek te Leerdam wonende alhier aan de
Alblasstraat 2, doet, volgens zijn schrijven, mede namens anderen, het verzoek,
om Cornelis van Dam, opzichter van de woningvereeniging Het Noorderkwartier,
wonende alhier aan de Maasstraat 34, in aanmerking te willen doen komen voor een
Koninklijke onderscheiding. Genoemde Van Dam is Penningmeester van het Bestuur
van de Oranjevereeniging het Noorderkwartier alhier. Hij staat in zijn omgeving
gunstig bekend. Op 29 Januari 1910 vestigde hij zich hier, komende van
Alblasserdam. Met de Justitie of Politie kwam hij nimmer in aanraking. Bij
onderzoek werd ook niets nadeeligs omtrent hem bekend. Hij is de
Anti-revolutionnaire beginselen toegedaan.
Adressant, die eveneens gunstig bekend staat, werkt als gewoon lid tot het in
stand houden van gemelde buurtvereeniging mede en treedt, naar men zegt, bij
feesten en andere gelegenheden, deze buurtvereeniging betreffende, gaarne op den
voorgrond. Hoewel het verzoek, gezien van het standpunt van adressant en de
buurtbewoners, die terecht met trots wijzen op de totstandkoming hunner
Oranjevereeniging, niet bepaald misplaatst is te achten, komt het mij evenwel
twijfelachtig voor, of hier aanleiding aanwezig is, om den penningmeester van
genoemde buurtvereeniging voor de gevraagde onderscheiding in aanmerking te doen
komen. Meerdere buurtvereenigingen alhier, welke sedert jaren enthousiast de
nationale volksfeesten vieren, hebben in haar bestuur zeer verdienstelijke
leden. Het is echter zonder meer mijns inziens geen reden voor een Koninklijke
onderscheiding in aanmerking te doen komen. Naar mijne meening zou het in
gunstige overweging geven van adressant's verzoek, geforceerd zijn te achten,
waarom ik meen U te moeten vorostellen in dien zin dan ook te adviseeren. De
Commissaris van Politie.
- (Dordrecht den 24 Augustus 1938) Naar aanleiding en met terugzending van de
mij bij Uw bovenaangehaalde apostille om bericht en raad toegezonden stukken heb
ik de eer U het volgende mede te deelen:
Loth van Beest, zonder beroep, voorheen directeur of chef van een timmerfabriek
te Leerdam wonende alhier aan de Alblasstraat 2, doet, volgens zijn schrijven,
mede namens anderen, het verzoek, om Cornelis van Dam, opzichter van de
woningvereeniging Het Noorderkwartier, wonende alhier aan de Maasstraat 34, in
aanmerking te willen doen komen voor een Koninklijke onderscheiding. Genoemde
Van Dam is Penningmeester van het Bestuur van de Oranjevereeniging het
Noorderkwartier alhier. Hij staat in zijn omgeving gunstig bekend. Op 29 Januari
1910 vestigde hij zich hier, komende van Alblasserdam. Met de Justitie of
Politie kwam hij nimmer in aanraking. Bij onderzoek werd ook niets nadeeligs
omtrent hem bekend. Hij is de Anti-revolutionnaire beginselen toegedaan.
Adressant, die eveneens gunstig bekend staat, werkt als gewoon lid tot het in
stand houden van gemelde buurtvereeniging mede en treedt, naar men zegt, bij
feesten en andere gelegenheden, deze buurtvereeniging betreffende, gaarne op den
voorgrond. Hoewel het verzoek, gezien van het standpunt van adressant en de
buurtbewoners, die terecht met trots wijzen op de totstandkoming hunner
Oranjevereeniging, niet bepaald misplaatst is te achten, komt het mij evenwel
twijfelachtig voor, of hier aanleiding aanwezig is, om den penningmeester van
genoemde buurtvereeniging voor de gevraagde onderscheiding in aanmerking te doen
komen. Meerdere buurtvereenigingen alhier, welke sedert jaren enthousiast de
nationale volksfeesten vieren, hebben in haar bestuur zeer verdienstelijke
leden; dit is echter zonder meer mijns inziens geen reden voor een Koninklijke
onderscheiding in aanmerking te doen komen. Ofschoon mij overigens geen
omstandigheden bekend zijn, welke zich tegen het verleenen van de aangevraagde
Koninklijke onderscheiding zouden verzetten, meen ik U, op grond van het
bovenstaande, in overweging te moeten geven te adviseeren, op het verzoek
afwijzend te beschikken. De Burgemeester van Dordrecht (get.) C.M. Dicke H.Azn,
loco-burg.;
(bron: Erfgoedcentrum DiEP/Stadsarchief Dordrecht 8A1945-3142
(over 1930-1940))
Laatst gewijzigd: oktober/november 2009, maart 2020.