Dordrecht: Koninklijke onderscheidingen Dordtenaren 1903-1940(1946-1949/1953/1960/1971)
Bron: Regionaal Archief Dordrecht (was Erfgoedcentrum DiEP)
Toegang: 8A1945 en 8A1960
Inventarisnummers:
8A1945-3132 (over 1903-1919); 8A1945-3133/3134/3135 (a t/m z); 8A1945-3136 (a t/m z); 8A1945-3142 + 3143 + 3144 + 3145 (over 1930-1940);
8A1960-2285 (over 1946); 8A1960-2286 (over 1947); 8A1960-2287 (over 1948); 8A1960-2288 (over 1949); 8A1960-2292 (over 1953); 8A1960-2306 (over 1960 A-L); 8A1960-2307 (over 1960 K-R); 8A1960-2308 (over 1960 S-Z); 8A1980-2708 (over 1971 A-F); 8A1980-2709 (over 1971 G-K); 8A1980-2710 (over 1971 L-R) 8A1980-2711 (over 1971 S-Z);;
(transcriptie E. van Dooremalen)(scans verkrijgbaar)
Koninklijke onderscheidingen 1903-1940(1949)
ds. Petrus Marinus Keller van Hoorn
Geboren: 13-4-1825 (overleden 1908)
Wonende: -
Functie: predikant bij de Nederduitsche Hervormde Gemeente
Onderscheiding: Ridder in de Orde van Oranje Nassau (1899); Officier in
de Orde van Oranje Nassau (1905)
Uitreiking: 13 april 1905
Aanmerkingen:
- (Dordrecht 14 Februari 1905) Bij mijn schrijven van 6 Oct. 1899
Kab. No. 64 veroorloofde ik mij een beroep te doen op de welwillende medewerking
van UHEG voor het toekennen eener koninklijke onderscheiding aan den heer Ds.
Petrus Marinus Keller van Hoorn, predikant bij de Nederd. Hervormde gemeente
alhier, ter gelegenheid van zijn 50-jarig ambtsjubileum. Het behaagde daarop
Harer Majesteit den Heer van Hoorn te bevorderen tot Ridder in de Orde van
Oranje Nassau, eene benoeming welke waar men mij verzekerde in overeenstemming
was met het gebruik dat bestond bij de toekenning van decoraties aan predikanten
en geestelijken bij de herdenking van langdurige ambtsvervulling. De
onderscheiding droeg dus toen het karakter eener erkenning van den ambtelijken
arbeid van den heer van Hoorn. Zooals ik echter in mijn aangehaald schrijven
weergaf, steunde de buitengewoon groote waardeering die de Heer van Hoorn hier
geniet niet alleen op zijne verdiensten als predikant, maar in zeker niet
geeringe mate op al wat hij gedurende een langen welbesteed leven op openbaar
gebied had tot stand gebracht. Tedien aanzien verwijtende waar meergenoemde
missive, dat ik mijer toe bepalen mede te delen dat wat toen gold, ook nu nog
geldt, dat de werkzaamheden van den heer van Hoorn gedurende 5 1/2 jaar, die
sedert ....als een man, wiens leven een voorbeeld en een zegen geweest is en is
voor velen in zijn omgeving, op nog andere wijze te eeren, dan, bij de
herdenking van zijn gouden ambtsfeest, het gebruik toeliet. Indien de Regeering
dan ook kon goedvinden den Heer Keller van Hoorn thans voor te dragen voor eene
benoeming tot Ridder in de Orde van den Nederlandschen Leeuw, dan zou zulks,
naar mijne overtuiging, een uiterste gunstigen indruk maken en in deze gemeente
te alegemeen worden toegejuicht als eene onderscheiding in overeenstemming met
zijne verdiensten en zijn beteekenis en invloed. Het feit dat de Heer van Hoorn
op den 13den April dezes jaars, in ontzwakke kracht, zijn 80ste verjaardag hoopt
herdenken, zou wellicht voor het toekennen dezer decoratie eene passende
aanleiding zijn. Beleefdelijk neem ik de vrijheid hiertoe de medewerking van
UHEG in te roepen, tevens met het bescheiden verzoek, in staat te mogen worden
gesteld om bij gunstige beslissing, daarvan op den 13den april a.s. persoonlijk
aan den Heer van Hoorn mededeeling te doen. De Burgemeester van Dordrecht;
- (11 April 1905) In verband met het slot van Uw schrijven van 14 februari no
210 Kabinet gericht aan den heer Commisasris der Koningin in de Provincie
Zuid-Holland heb ik de eer UHEG te verzoeken den predikant Keller van Hoorn op
den 13den April a.s. mededeeling te willen doen van zijn bevordering tot
Officier in de Oranje-Nassau en hem bij die gelegenheid het hiernvems geboegd
schrijven uit te reiken. De onderscheiding zal worden gepubliceerd in de
Staatscourant die in den avond.....;
(bron: Erfgoedcentrum DiEP/Stadsarchief Dordrecht 8A1945-3132
(over 1900-1919))
Laatst gewijzigd: oktober/november 2009, maart 2020.