Dordrecht: Koninklijke onderscheidingen Dordtenaren 1903-1940(1946-1949/1953/1960/1971)
Bron: Regionaal Archief Dordrecht (was Erfgoedcentrum DiEP)
Toegang: 8A1945 en 8A1960
Inventarisnummers:
8A1945-3132 (over 1903-1919); 8A1945-3133/3134/3135 (a t/m z); 8A1945-3136 (a t/m z); 8A1945-3142 + 3143 + 3144 + 3145 (over 1930-1940);
8A1960-2285 (over 1946); 8A1960-2286 (over 1947); 8A1960-2287 (over 1948); 8A1960-2288 (over 1949); 8A1960-2292 (over 1953); 8A1960-2306 (over 1960 A-L); 8A1960-2307 (over 1960 K-R); 8A1960-2308 (over 1960 S-Z); 8A1980-2708 (over 1971 A-F); 8A1980-2709 (over 1971 G-K); 8A1980-2710 (over 1971 L-R) 8A1980-2711 (over 1971 S-Z);;
(transcriptie E. van Dooremalen)(scans verkrijgbaar)
Koninklijke onderscheidingen 1903-1940(1949)
Martinus Deibel
Geboren: 27-7-1891 te Arnhem
Wonende: Stooplaan 22 (Dordrecht)
Functie: bedrijfleider bij Lips' Brandkasten- en Slotenfabriek N.V
Onderscheiding: (niet aangevraagd)
Uitreiking: -
Aanmerkingen:
- (Lips' Brandkasten- en Slotenfabriek N.V.; Dordrecht 4
November 1949) Ik waag het, om U nog even lastig te vallen en een fout te
herstellen, dien ik in myn schryven aan U over de heeren Kramer en Plantinga
heb gemaakt. Ik heb namelyk vergeten, om voor hetzelfde doel ook aan te bevelen
onze Heer Martinus Deibel, wonende Stooplaan No. 22, alhier. Geboren: 27 Juli
1891 te Arnhem. In dienst: 1 September 1913. Salaris: f 1000 per maand.
De Heer Deibel is bedryfsleider voor onze beide fabrieken. Hy is een man van
groote bekwaamheid, die na zyn M.T.S. studie voor meerdere vakken (werktuigbouw,
electrotechniek) zich in Engeland verder heeft ontwikkeld.
Hy is, wat men hier zou kunnen noemen, de technische generaal, die op zyn gebied
enorme verdiensten heeft in ons bedryf. Hy is de man, die gaat over alles wat
machines is, over den bouw, over electriciteitsbezorging, in één woord het
factotum voor den regelmatigen gang van het geheele bedryf. Jammer genoeg is de
Heer Deibel op het oogenblik zwaar ziek en wy missen hem elk uur. Of hy van zyn
kwaal nog volkomen zal herstellen, wordt zelfs door de doktoren betwyfeld. Als
het U mogelijk zou zyn, om den Heer Deibel ook voor te dragen voor eenzelfde
onderscheiding als de heeren Kramer en Plantinga, dan zult U daarmede
niet alleen ons zeer verplichten, maar ik ben ervan overtuigd, dat dit door het
personeel ook algemeen zal worden geapprecieerd.
U vindt bovenstaande alle gegevens, die U wenscht, en mocht nog iets tekort
komen, dan ben ik gaarne bereid, U verdere gegevens te verstrekken.
Buiten de Directie zyn genoemde 3 heeren zeer zeker degenen, die de leiding van
de zaak, alsook van de fabrieken in Brussel in handen hebben.
U by voorbaat dankend, teekent, met vriendelijke groeten, Hoogachtend,
Vincent Eras.
- (Dordrecht 14 November 1949) Onder terugzending van het schrijven van
de Directeur van Lips' Brandkasten- en Slotenfabrieken N.V., gevestigd aan de
Merwedestraat 40 te Dordrecht, dd. 4 dezer, mij in handen gesteld bij Uw
apostille dd. 7 dezer, No. 2027 Kabinet, geb ik de eer UEdelachtbare het
volgende te berichten:
De heer Martinus DEIBEL, geboren te Arnhem 27.7.1891, wonende Dordrecht,
Stooplaan 22, werd op 19-8-1913 in het bevolkingsregister dezer gemeente
ingeschreven, komende van Arnhem. Blijkens ingesteld onderzoek werd hij bij
vonnis van de Politierechter te Dordrecht dd 21-10-1932 terzake mishandeling 2x
gepleegd, veroordeeld tot f 10 boete sub 1- dagen hechtenis.
Door de voormalige P.R.A. te Dordrecht werd tegen voornoemde persoon een dossier
gevormd als verdacht van pro-Duitse sympathieën, welk dossier is ingezonden bij
de Officier-Fiscaal bij het Bijzonder Gerechtshof te 's-Gravenhage ter
standplaats Dordrecht, door welke autoriteit de zaak bij beslissing van
15.8.1946 werd geseponeerd. Uit het betrokken proces-verbaal, waarin de
verklaringen van een aantal huidige en voormalige werknemers der Lips' fabrieken
zijn opgenomen, blijkt dat de heer DEIBEL zich inderdaad pro-Duits heeft
gedragen bij de vordering van goederen en materialen door de bezetter, hetgeen
hem bij het personeel een onsympathieke naam heeft bezorgd, al kan niet worden
gezegd, dat hij N.S.B.'er was. Uit het thans ingestelde onderzoek is eveneens
gebleken, dat betrokkene in de bezettingsjaren steeds een politiek vraagteken is
geweest, in Duitse geest heeft gehandeld en zich ook thans evenals toen ten
opzichte van het personeel a-sociaal gedraagt.
Indien aan betrokkene een Koninklijke onderscheiding zou worden verleend, zou
dit een minder goede indruk maken bij de overgrote deel van het personeel en
zeker niet in goede aarde vallen, waardoor de waarde, welke naar mijn
overtuiging aan het toekennen van een dergelijke onderscheiding dient te worden
gehecht, zeer zeker zou worden geschaad. De mededeling van aanvrager in zijn
verzoek, dat de onderscheiding aan de heer DEIBEL door het personeel ook
algemeen zal worden geapprecieerd meen ik dan ook, zonder in het minst iets af
te doen aan de grote verdiensten, welke betrokkene ongetwijfeld als vakman voor
de firma heeft en welke bekwaamheid door mij niet kan worden beoordeeld ernstig
te moeten betwijfelen.
Gezien vorenstaande omstandigheden kan ik dan ook geen vrijheid vinden om in
deze gunstig te advoseren, waarbij ik moge opmerken, dat het vonnis, hetwelk
meergenoemde persoon te zijnen laste heeft, m.i. geen beslissende rol speelt,
gezien de geringe boete en het feit, dat het gebeurde in 1932 plaats had. De v/v
Commissaris van Politie.
(bron: Erfgoedcentrum DiEP/Stadsarchief Dordrecht 8A1960-2288
(over 1949))
Laatst gewijzigd: oktober/november 2009, maart 2020.