Dordrecht: Koninklijke onderscheidingen Dordtenaren 1903-1940(1946-1949/1953/1960/1971)
Bron: Regionaal Archief Dordrecht (was Erfgoedcentrum DiEP)
Toegang: 8A1945 en 8A1960
Inventarisnummers:
8A1945-3132 (over 1903-1919); 8A1945-3133/3134/3135 (a t/m z); 8A1945-3136 (a t/m z); 8A1945-3142 + 3143 + 3144 + 3145 (over 1930-1940);
8A1960-2285 (over 1946); 8A1960-2286 (over 1947); 8A1960-2287 (over 1948); 8A1960-2288 (over 1949); 8A1960-2292 (over 1953); 8A1960-2306 (over 1960 A-L); 8A1960-2307 (over 1960 K-R); 8A1960-2308 (over 1960 S-Z); 8A1980-2708 (over 1971 A-F); 8A1980-2709 (over 1971 G-K); 8A1980-2710 (over 1971 L-R) 8A1980-2711 (over 1971 S-Z);;
(transcriptie E. van Dooremalen)(scans verkrijgbaar)
Koninklijke onderscheidingen 1903-1940(1949)
Adriaan Schotel
Geboren: 5-8-1858 te Dordrecht
Wonende: Wijnstraat 92 (Dordrecht)
Functie: eigenaar eener schilders- en decorateurszaak, vice-voorzitter der
Oranje-Vereeniging
Onderscheiding: -
Uitreiking: -
Aanmerkingen:
- missive 24 december 1925 no 750 Kabinet;
- (Dordrecht 24 december 1925 no 750 Kabinet) Hoewel het
mij niet bekend is of ter gelegenheid van het zilveren huwelijksfeest van H.M.
de Koningn onderscheidingen worden toegekend, stel ik er toch prijs op voor die
gelegenheid de aandracht te vestigen op den Heer Adriaan Schotel alhier, die
daarvoor m.i. zeer zeker in de termen zou vallen te weten voor de aard van zijne
verdiensten wel aanleiding geeft, die juist op zoo'n bijzondere koninklijke
feestelijk te erkennen. Adriaan Schotel geboren 5 Augustus 1858, wonende
Wijnstraat 92, is patroon en eigenaar in een zeer goed bekend staande schilders
en decorateurszaak. De heer Schotel heeft zijn geheele leven blijk gegeven van
groote liefde voor het Oranjehuis. reeds vanaf 1900 heeft hij als bestuurslid
der Oranjevereeniging een werkzaam aandeel genomen in de plaatselijke feesten en
....;
- (24 maart 1926) Naar aanleiding van Uw schrijven van 2 Maart 1926 no 11 heb ik
de eer UHoogEdelGestr. de volgende personen voor te dragen, die m.i. in
aanmerking komen voor de toekenning van eene koninklijke onderscheiding.
(1) Roland Larij, geb. 22 dec 1855 te Dordrecht, wonende aldaar St. Jorisweg no.
3. De heer Lary is een zeer verdienstelijk schilder uit de Haagsche School, die
uitnemend werk heeft voortgebracht, waarvan meerdere stukken in het
Dordrechtsche Museum en in het Museum van Bilderbeek zijn opgenomen. Vooral als
schilder van het Brabantsch interieur en landschap heeft hij zich een goeden
naam verworven. Daarnaast heeft hij verscheidene portretten geschilderd. De Heer
Lary is bij z'n kunstbroeders, niet alleen om zijn beminnelijk karakter, maar ook
wegens zijne groote gaven zeer gezien o.a. wijlen Prof Jan Veth waardeerde hem
zeer. Zowel. z'n 60ste verjaardag, als nu onlangs in December j.l. z'n 70ste
vejraardag en 50-jarig lidmaatschap van het Teekengenootschap Pictura alhier
zijn door eene eere-tentoonstelling van z'n werken feestelijk herdacht.
Ik meen dat waar dit laatste zeldzame feest kortgeleden heeft plaats gehad, er
alle reden is de verdienste van den heer Lary te erkennen, door de toekenning
van een ridderkruis der Oranje-Nassauorde, eene onderscheiding die niet alleen
hijzelf, maar ook zijne vrienden zeer zullen waardeeren.
(2) Als tweede zou ik willen noemen Dr. Frans Delhez geb. 26 Maart 1855, rustend
dokter te Dordrecht, wonende Singel 289. Dat ik deze in de tweede plaats noem,
is niet, omdat ij hem eerst na No. 1 in aanmerking zou willen brengen, maar
uitsluitend omdat de heer Lary kortgeleden z'n jubileum vierde en dr Delhez dat
reeds in Maart 1925 vierde, toen hij ter gelegenheid van z'n 70sten verjaardag
practijk neerlegde.
Bij mijn schrijven van 11 Maart 1925 no 701 Kabinet a/d Min. v.
Binnenlandsche Zaken, dat ik U in afschrift mocht aanbieden, heb ik eene
onderscheiding voor Dr. Delhez gevraagd, echter toenmaals zonder resultaat. Waar
het hier geldt een onzer uitstekende burgers zij het mij vergunt hem nog eens
onder de aandacht te brengen met dezelfde woorden als verleden jaar. Ik schreef
toen: Dr. Delhez is een in alle kringen geachte persoonlijkheid - geen ..der(?)
- hij stamt uit eene Dordtsche familie, die nu reeds in drie geslachten de
geneeskundige praktijk alhier uitoefent. Op 1 april 1925 zal hij na 45-jarige
werkzaamheid zijn praktijk neerleggen. Bijzonder verdienstelijk heeft Dr Delhez
zich gemaakt op het gebied der drankbestrijding, op welk gebied hij hier de
pionier was en nog .....etc.....maar ik ben overtuigd, dat eene erkenning van
zijne verdiensten van Hoogerhand in dien vorm een groote voldoening voor hem zou
zijn.
(3) Als "dritten im Bunde" zou ik de aandacht willen vestigen op den
Heer Adriaan Schotel alhier geb. 5 Augustus 1858 wonende Wijnstraat 92,
patroom-eigenaar in een zeer goed bekend staande schilders- en decorateurszaak.
Hem mocht ik reeds bij mijn schrijven van 24 Dec 1925 No. 750 aanbevelen voor
eene eventueele onderscheiding bij het 25-jarig huwelijk onzer Koningin. Toen
bij die gelegenheid geen decoraties verleend werden, zij het mij veroorloofd
hieronder te herhalen, wat ik toenmaals over hem schreef. "De Heer Schotel
heeft zijn geheele leven blijkgegeven van groote liefde voor het Oranjehuis.
Reeds vanad 1900 heeft hij als bestuurslid der Oranjevereeniging een werkzaam
aandeel genomen in de plaatselijke feesten en telkenjare was hij met de
voorbereiding en de leiding van het groote kinderfeest op 31 Augustus belast.
Sinds 1920 treedt hij op als vice-voorzitter dier vereeniging. Het is zijn
voortdurend streven bij de jeugd liefde voor vorstenhuis en Koningin te wekken
en voor dat doel is geen arbeid hem te veel en werkt hij nog steeds met jeugdig
vuur.
plaatse en de liefde voor het oude stadsschoon en voor de merkwaardigheden van
zijn geboortestad uit vorige eeuwen zit hem diep in 't bloed. Indertijd stelde
hij met den vorigen stadsarchivaris Dr. van Overvoorde een boekje samen, waarin
alle oude gebouwen uit onze stad zijn beschreven en dat voor de kenners en het
behoud der architectuur uit vroegeren tijd van groote waarde is gebleken.
De heer Schotel is ook bestuurslid van het museum Oud-Dordrecht (mr Simon van
Gijn) en van de vereeniging tot instandhouding van oude gebouwen. Voorts is hij
lid van de archaeologische commissie van Zuid-Holand en van die voor de
restauratie van de Groote Kerk. Toen eenigen tijd geleden de beroemde koorbanken
in die kerk hersteld moesten worden, om ze van ondergang te redden, spande hij
zich bijzonder in, om de noodige gelden voor dat doel bijeen te brengen. Zijn
z'n groote genegenheid voor Ons Vorstenhuis en z'n piëtiet voor de
herinneringen van het belangwekkend verleden van Dordrecht zijn meest op den
voorgrond tredende sociale eigenschappen, daarnaast bewoog hij zich nog in
ruimen kring op maatschappelijk terrein. Zoo is hij jarenlang werkzaam als
1. secretaris der vereeniging De Dordrechtsche Ambachschool
2. bestuurslid der vereeniging Voor Vak en Kunst
3. voorzitter van de Hulpbank
4. Hoofdbestuurslid der Schilderspatroonsvereeniging
5. bestuurslid der nationale vakschool voor schilders te Utrecht
6. penningmeester der commissie tot steun aan onbemiddelen tot het ontvangen van
onderwijs te Dordrecht
7. bestuurslid der huisvlijtschool
Uit het voorgaande moge blijken, dat de Heer Schotel een onzer meest
vooraanstaande, meest geachte burgers is en ik ben overtuigd, dat het algemeen
voldoening zou wekken, als hij ter gelegenheid van het zilveren bruiloftsfeest
onzer Koningin een blijk van Hare Majesteits waardeering zou ontvangen..."
(3) Ten slotte wilde ik in deze voordracht begrjpen Jacob Schaardenburg, babrier
geboren den 12 Maart 1852 te Dordrecht, aldaar woonachtig aan de
Vleeschhouwersstraat No. 10.
(bron: Erfgoedcentrum DiEP/Stadsarchief Dordrecht 8A1945-3133/3134/3135
(over 1920-1930))
Laatst gewijzigd: oktober/november 2009, maart 2020.